Zes Bosniërs aangeklaagd voor oorlogsmisdaden in jaren 90
In Bosnië en Herzegovina zijn maandag zes voormalige soldaten en politieagenten aangeklaagd voor oorlogsmisdaden in de jaren negentig. Ze zouden zich schuldig hebben gemaakt aan „martelingen, onmenselijke behandelingen, plunderingen en lichamelijke en geestelijke mishandeling” van Serviërs die opgesloten zaten in een kamp in de buurt van Sarajevo.
Onder de aangeklaagden is ook de 72-jarige Zijad Kadric, die volgens getuigen de leider van het kamp in Visoko zou zijn geweest. Honderden burgers zaten daar in 1992 acht maanden vast, volgens de aanklagers. Die zeggen dat de zes beschuldigden vooral jongeren en vrouwen vernederden. Zeker acht vrouwen zouden zijn verkracht in het kamp, van wie een daarna is overleden aan haar verwondingen.
Tijdens de oorlog in de jaren negentig werden in heel Bosnië honderden detentiekampen opgetuigd. De meest beruchte stonden in de regio Prijedor, waar Bosnisch-Servische troepen in 1992 meer dan 6000 Bosniakken en Bosnische Kroaten vasthielden. Woensdag werden er nog vijf voormalige Bosnisch-Servische commandanten aangehouden voor hun rol in 1995 bij de genocide in Srebrenica op zo’n 8000 moslimmannen.