Er is volgens OCHA ongeveer 71,4 miljoen dollar (bijna 67 miljoen euro) nodig om de kwart miljoen mensen drie maanden te ondersteunen. Regeringen worden opgeroepen snel geld te doneren. De Verenigde Naties heeft zelf 10 miljoen dollar beschikbaar gemaakt. „Wij staan​ in deze moeilijke tijd achter de bevolking van Libië”, zei VN-noodhulpcoördinator Martin Griffiths hierover.

De Wereldgezondheidsorganisatie maakt 2 miljoen dollar vrij. De overstromingen worden door topman Tedros Adhanom Ghebreyesus omschreven als een „ramp van epische proporties”. De organisatie zet zijn middelen in die al in Libië zijn en stuurt ook extra hulpgoederen.

Door storm Daniel en de daaropvolgende overstromingen zijn in Libië volgens plaatselijke autoriteiten tussen de 5300 en 6000 doden gevallen. Het dodental loopt vermoedelijk nog op. Er zijn zeker 10.000 vermisten.

Petteri Taalas, de chef van de Wereld Meteorologische Organisatie (WMO), stelde donderdag dat de vloedgolf niet zo veel slachtoffers had hoeven te maken. De meesten hadden gered kunnen worden als er in het land niet zo’n politieke en bestuurlijke chaos was. Er was in Derna geen functionerend waarschuwingssysteem en geen capaciteit om de burgers te evacueren uit door het water bedreigde delen van de stad.

Sinds de val van dictator Muammar Gaddafi in 2011 woedt in Libië een machtsstrijd. Het land is grofweg in twee delen gespleten. Het westelijke deel wordt bestuurd door een internationaal erkende regering in Tripoli. In de oostelijke stad Tobruk zit een rivaliserende regering.

Hulpverlening

Het Nederlandse Rode Kruis heeft tot nu toe 433.939 euro opgehaald voor hulp aan het door overstromingen getroffen Libië. Volgens de hulporganisatie, die dinsdagmiddag giro 7447 opende, is het geld gezien de omvang van de ramp hard nodig.

Het Internationale Rode Kruis stuurt teams naar het Noord-Afrikaanse land. Forensische experts delen vanuit Benghazi lijkzakken uit om de vele doden te kunnen bergen. „Het is belangrijk dat lichamen snel geborgen worden, om de uitbraak van ziekten tegen te gaan”, aldus de hulporganisatie.

Eten en medicatie zijn op dit moment van levensbelang voor de overlevenden, aldus het Rode Kruis. Volgens de organisatie blijft het lastig voor hulpverleners om toegang te krijgen tot de rampgebieden. „Ook onontplofte munitie bemoeilijkt de hulpverlening en brengt risico’s met zich mee voor de inwoners en hulpverleners.”