Hij baseert zich op uitspraken van een van de voormannen van de zogeheten Carribbean Brothers, een aan de Hells Angels gelieerde motorclub op de Antillen, waar D. ook deel van uitmaakt. Uit het strafdossier blijkt dat er tussen 11 en 13 februari, de tijd van de moorden en het vinden van de lijken van de drie Nomads, veelvuldig contact is geweest tussen de Hells Angels in Amsterdam en Limburg. Op de printlijsten staan onder meer telefoongesprekken waar de toenmalige president van de Hells Angels in Amsterdam, Big Willem, aan heeft deelgenomen. Volgens de bron van D. wist Big Willem alles van de drievoudige moord, zo vertelde deze getuige de rechtbank dinsdag. Hij verklaarde verder dat de Nomads J.S. en M.H. aan hem duidelijk hebben gemaakt dat zij hun drie clubgenoten hebben vermoord.

In Rotterdam is dinsdag begonnen met het ondervragen van deze getuige. Dat gebeurt uit veiligheidsoverwegingen niet in de extra beveiligde rechtszaal in Amsterdam–Osdorp, maar in de extra beveiligde zaal in Rotterdam. Op de vraag van D. tijdens een onderling gesprek wie de drie Nomads hadden vermoord, wees H. op zichzelf en op S. en zei tegen D. dat zij „de poep van de stoep hadden gehaald omdat ze geen ripdeals accepteren". Hierdoor was het voor D. duidelijk dat de twee de moorden hadden gepleegd, vertelde hij tegen de rechtbank. D. heeft bij de politie en het Openbaar Ministerie (OM) zeer belastende verklaringen afgelegd over de betrokkenheid van de Nomads bij de moorden op hun drie clubgenoten. De lijken van ’president’ Paul de Vries (54), Serge Wagener (34) en Cor Pijnenburg (33) werden op 13 februari gevonden in de Geleenbeek bij Echt. De drie mannen waren doodgeschoten. Volgens justitie is dat in het Nomadsclubhuis in Oirsbeek gebeurd. Volgens D. vormt de ripd eal van een kleine driehonderd kilo cocaïne de achtergrond van de moordpartij. De drie slachtoffers zouden bij die onderwereldruzie betrokken zijn geweest. De overige Nomads hebben volgens het OM in een vergadering besloten het drietal uit de weg te ruimen, omdat zij de toorn van wraakzuchtige Colombiaanse drugshandelaren vreesden en omdat zij zaken met hen zouden willen blijven doen. D. zelfs zit overigens ook vast op verdenking van betrokkenheid bij de invoer van de partij cocaïne.

Nog niet alle verklaringen van D. bevinden zich in het dossier omdat er tot maandag nog met hem werd onderhandeld over een overeenkomst. Officier van justitie F. Teeven meldde dinsdag dat het OM inmiddels overeenstemming heeft bereikt met de getuige en dat naar verwachting alle formaliteiten donderdag zijn afgerond. Vanaf dat moment wil de aanklager de rest van de verklaringen van D. aan de rechtbank en de advocaten van de verdachten overdragen.

Omdat deze zogenoemde kluisverklaringen nu nog niet beschikbaar zijn, is het waarschijnlijk nog een keer nodig dat D. moet komen getuigen. Rechtbankvoorzitter F. Salomon gaf al aan dat dit dan weer op een ’geheime locatie’ zal moeten gebeuren.

Maandag tijdens de eerste dag van dit proces maakte de rechtbank bekend dat het horen van D. op de zitting niet in het beveiligde gerechtsgebouw in Amsterdam–Osdorp kon plaatsvinden. Zelfs bij een verhoor in de ’bunker’, zoals het gebouw doorgaans wordt aangeduid, zou de veiligheid van D. onvoldoende gegarandeerd kunnen worden. Salomon tekende daarbij aan dat er geen aanwijzingen zijn dat de verdachten in het proces D. iets zouden willen aandoen.