GGiN erkennen doop door vrouw niet
De Gereformeerde Gemeenten in Nederland (GGiN) erkennen de doop door een vrouwelijke predikant in principe niet. Tegelijk wil de synode, die dinsdag in Barneveld bijeenkwam, grote terughoudendheid betrachten om mensen die overkomen uit een ander kerkverband en gedoopt zijn door een vrouw opnieuw te dopen.
Een geldige doop moet aan drie voorwaarden voldoen: de doop met zijn bediend door een in dat kerkverband erkende ambtsdrager, de doop moet zijn gedaan in Naam van een drie-enig God, en de doop mag geen nooddoop zijn. Een vrouw kan volgens de Bijbel geen wettig erkende ambtsdrager zijn, constateert het synoderapport met een beroep op 1 Korinthe 14:34.
De synode van de GGiN stelde vast dat de doop die door een vrouwelijke predikant is bediend, niet kan worden erkend als wettige doop. In deze lijn weigerde ds. F. Mallan (1925-2010) de doop te erkennen die door een vrouwelijke ambtsdrager is bediend. Tegelijk is in de gereformeerde traditie altijd „grote terughoudendheid” betracht om personen opnieuw te dopen, om zich niet schuldig te maken „aan de dwaling van de donatisten en wederdopers”.
Er hoeft niet actief te worden nagetrokken wie de persoon heeft gedoopt. „We gaan niet op heksenjacht”, aldus ouderling M. Rebel (Ederveen), secretaris van het deputaatschap kerkrecht.
Als bekend is dat de doop door een vrouw is verricht, krijgen kerkenraden de mogelijkheid om in zulke gevallen advies te vragen aan de classis. De synode schaarde zich met deze opvatting achter het standpunt dat de Gereformeerde Gemeenten in 1953 hebben ingenomen.
Overdopen
Ingrijpend is het wanneer doopleden zich laten overdopen, aldus de GGiN. Hoe moeten kerkenraden hiermee omgaan? De notitie van de synode stelt onomwonden dat een dooplid dat zich laat overdopen „zich onttrekt aan de gemeente waartoe het behoort en –in beginsel– de band met de eigen gemeente verbreekt.” Wanneer jonge mensen „berouw hebben” van hun stap en „niet de intentie hadden om over te gaan naar een ander kerkgenootschap” zal „met mildheid en door gesprekken en onderwijs de weg terug worden gezocht”.
Evangelisatie
Uit de jaarrekening blijkt dat er „meer dan voldoende geld” binnenkomt via kerkelijke collectes, meldde deputaat W.H. Kerst van het deputaatschap zending en evangelisatie. Het deputaatschap stelde voor dat Bethlehem de bekostiging van de zendingswerkers voor zijn rekening neemt.
Een bezinnende nota stelde evangelisatie aan de orde. De synode constateerde dat evangelisatie in de betekenis van Woordverkondiging en taak is van de kerk „zoals deze zich manifesteert in de plaatselijke gemeente”. Het is een ambtelijke verantwoordelijkheid. Deputaat ouderling L. van der Tang: „Niet als punt op een checklist, maar allereerst als een zaak van gebed.”
Een gemeente kan volgens Van der Tang klein beginnen met het opstellen van een protocol om iemand op te vangen die voor het eerst een kerkdienst komt bijwonen. Hoewel sommige afgevaardigden wat reserves hadden, werd de nota in het algemeen positief ontvangen.
Ouderling A.C. Thomson (Dordrecht) stelde dat de ervaring leert dat goedbedoelende mensen soms evangeliseren met de Herziene Statenvertaling of de Bijbel in Gewone Taal in de hand. Hij is daarvan geschrokken. Van der Tang benadrukte het belang van de Statenvertaling bij evangelisatie. Daarnaast is evangelisatie in de eerste plaats een taak voor ambtsdragers van de plaatselijke gemeente.
Een van de afgevaardigden wees op een opmerking van ds. F. Mallan, die beducht is voor evangelisatie waarbij „blinden de blinden gaan leiden”. Van der Tang deelt deze zorg, en wees erop dat er gezocht moet worden naar mensen „in wie de Geest des Heeren werkt”. Laat evangelisatie een zaak zijn van de gemeente en van gebed, besloot voorzitter ds. J.A. Weststrate de discussie.
Verzekering
In 2022 hebben het Ds. G.H. Kerstencentrum (KOC) en Huize Winterdijk aangegeven wettelijk verplichte aansprakelijkheidsverzekeringen te moeten afsluiten. Beide instellingen zijn echter gemoedsbezwaard.
De synode besloot om te laten inventariseren of de contractspartijen van KOC en Huize Winterdijk voorlopig kunnen leven met een garantstelling op synodaal niveau. De commissie gaat in de tussentijd aan de slag met een nadere uitwerking van de voorstellen.
Ds. Weststrate (Gouda-Stationsplein) was bij toerbeurt voorzitter van de synode van de Gereformeerde Gemeenten in Nederland, die dinsdag opnieuw samenkwam in Barneveld. Hij opende de vergadering met een meditatie over Psalm 51:20. Moderamenlid ds. A. van Voorden sloot de synode met een korte meditatie over Psalm 42:12.
Andere moderamenleden waren ds. D.E. van de Kieft (Urk), ouderling W. Verboom (Vriezenveen) en ouderling H.M. Guiljam (Goes). Ouderling C. Dubbeld (Gouda-Gerbrandyweg) was scriba-questor, ouderling M.W. Stouten (Terneuzen) tweede scriba.