Meditatie: Feesttijd
Johannes 2:2
„En Jezus was ook genood, en Zijn discipelen, tot de bruiloft.”
Jezus, Die de staat van het huwelijk door Zijn tegenwoordigheid en zijn eerste wonder in Kana opluisterde en vereerde, is Een Die altijd van hetzelfde gevoelen is. „Het huwelijk”, zegt de Heilige Geest door Paulus, „is eerlijk onder allen” (Hebreeën 13:4). Een zaak moet echter niet vergeten worden. Het huwelijk is een stap die zo ernstig het tijdelijk geluk en de geestelijke welvaart betreft, dat die nooit gedaan moet worden zonder raad te vragen, of lichtzinnig, dartel en zonder behoorlijk nadenken. Om waarlijk gelukkig te zijn, moet het ernstig, bescheiden, eerbaar en in de vreze Gods ondernomen worden. De tegenwoordigheid en de zegen van Christus zijn bepaald nodig bij een gelukkig huwelijk. Het huwelijk waar geen plaats is voor Christus en Zijn discipelen, is geen huwelijk waarvan men verwachten kan dat het bloeien zal.
We leren verder uit deze verzen dat er tijden zijn wanneer het rechtmatig is vrolijk te zijn en zich te verheugen. Onze Heere Zelf heiligde een huwelijksfeest door zijn tegenwoordigheid. Hij weigerde niet gast te zijn bij een huwelijk te Kana in Galilea. „Men maakt maaltijden”, staat er geschreven, „om te lachen, en de wijn verheugt de levenden” (Prediker 10:19). Onze Heere verdedigt hier in deze tekst de feesttijd en het gebruik van wijn. De ware godsdienst had nooit de bedoeling de mensen droefgeestig te maken.
J.C. Ryle, bisschop te Liverpool
(”Uitleggende gedachten over Johannes”, 1874)