Naast de aandacht voor het onrecht en het geweld dat de tot slaaf gemaakten is aangedaan, wordt met Keti Koti ook veel aandacht besteed aan de culturele identiteit van Afro-Surinamers. Die komt bijvoorbeeld tot uiting in liederen en ceremonies om de voorouders te herdenken en bedanken, maar ook in lezingen, discussies en exposities over klederdracht, literatuur en de economische doorwerking van het slavernijverleden.

Op het officiële programma staan in Paramaribo naast de herdenking bij het beeld van Kwakoe, dat geen historische figuur uitbeeldt maar symbolisch is, ook een herdenkingsdienst in de kerk, een processie (de zogenoemde Prodowaka) en een groot herdenkingsconcert. Het programma duurt een maand, rond de belangrijke datum van 1 juli.

Minister Hoekstra blijft anderhalve dag in Suriname. Bij het Kwakoe-monument houdt hij een toespraak. Hij is ook bij de kerkdienst en het concert, praat met president Chan Santokhi en minister Albert Ramdin en heeft gesprekken met nazaten van tot slaaf gemaakten.