Buitenland

Een president met „een betrekking op God”

„Zo waarlijk helpe mij God almachtig.” Met deze woorden sloot George W. Bush donderdag in Washington zijn eed af bij zijn tweede ambtsaanvaarding als president van de Verenigde Staten. Een atheïst had de afgelopen weken alle godsdienstige uitingen rond de ceremonie uit willen bannen, maar de rechters besloten anders.

21 January 2005 12:22Gewijzigd op 14 November 2020 02:08

Europa kent statige kroningen van vorsten, de Verenigde Staten kennen glansvolle ambtsaanvaardingen van presidenten. De ceremonie in Washington is misschien wel het hoogtepunt in het politieke bestel van de Amerikaanse republiek. Bij die ceremonie horen gebeden, één voor en één na de ambtsaanvaarding, waarin de Naam van God in het openbaar wordt aangeroepen.

De uit Californië afkomstige atheïst Michael Newdon stapte vier jaar geleden naar de rechter om de gebeden te schrappen. Volgens hem waren de gebeden in strijd met de scheiding tussen kerk en staat zoals de Verenigde Staten die kennen. De rechter stelde hem in het ongelijk.

Dit jaar probeerde Newdon het opnieuw. Toen een districtsrechter hem eind vorige week in het ongelijk stelde, stapte hij naar het hooggerechtshof, maar ook dat wees zijn verzoek zonder verder commentaar af. Zo konden ds. Luis Leon voor en ds. Kirbyjon Caldwell na de ambtsaanvaarding hun gebed uitspreken en klonk het uit de mond van Bush na het afleggen van de eed: „Zo waarlijk helpe mij God almachtig.”

Het is de Amerikaanse president George Washington geweest die de woorden voor de eerste keer gebruikte. Toen Washington werd beëdigd, bestonden er amper regels. Hij was immers de eerste president. Om aan te sluiten bij het geloof van de grondleggers van de Verenigde Staten legde Washington bij het afleggen van de eed zijn hand op een Bijbel. Nadat George Washington de eed had afgelegd, voegde hij er op eigen initiatief de woorden ”Zo waarlijk helpe mij God almachtig” aan toe en kuste de Bijbel. Niemand stoorde zich overigens daaraan. Na de ambtsaanvaarding volgde een kerkdienst.

In de inaugurele rede die volgt op de eed, is het eveneens gebruikelijk dat de Naam van de Heere wordt genoemd. President Eisenhower ging voordat hij zijn inaugurele rede begon, zelfs voor in gebed. Hij vroeg de Heere om bijstand bij de uitoefening van zijn ambt. In eigen kracht kon hij het niet, aldus Eisenhower. Vervolgens sprak hij zijn inaugurele rede uit, waarin hij ook een aantal keren de Naam van de Heere noemde.

Ook Democratische presidenten laten niet na op te merken dat ze afhankelijk zijn van God. Woodrow Wilson erkende in 1917 dat hij „de Heere om wijsheid zou vragen om zijn plicht te kunnen vervullen.” Franklin Roosevelt zei in 1941 tegen het Congres na de aanval op Pearl Harbor: „We zullen uiteindelijk overwinnen. Zo waarlijk helpe ons God almachtig.”

John F. Kennedy, de eerste rooms-katholieke president, was er alles aan gelegen bij zijn inauguratie het protestantse volksdeel niet voor het hoofd te stoten. Daarom liet hij zich voor het te lezen bijbelgedeelte en de te zingen verzen tijdens de kerkdienst adviseren door de protestantse evangelist Billy Graham.

George W. Bush refereerde vier jaar geleden eveneens een aantal keren aan God. „We worden geleid door een Hogere Macht dan wij, Die ons naar Zijn beeld heeft geschapen.” Donderdag haalde hij in zijn toespraak nog vaker de Naam van God aan nadat hij met zijn hand op zijn familiebijbel de eed had afgelegd.

Amerikaanse presidenten laten blijken, ook op momenten dat de ogen van de wereld op hen gericht zijn, dat ze de Heere nodig hebben. Eind vorige week vroeg het dagblad The Washington Times George W. Bush naar zijn geloof. Ze legden hem de vraag voor of hij een idee had waarom hij in de media zo om zijn christelijke levensovertuiging werd aangevallen. Daarop antwoordde de president letterlijk: „Ik denk dat mensen me aanvallen omdat ze bang zijn dat ik ze niet als vaderlandslievend beschouw als ze niet in God geloven. Maar dat heb ik nooit gezegd. Ik heb nooit zo gehandeld. Ik zal het ook nooit proberen. Maar ik zie niet hoe je president kan zijn, althans zo zie ik het, zonder een betrekking op God.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer