De schuld wordt vooral gelegd bij oud-president Donald Trump, die de terugtrekking in 2020 met de Taliban overeenkwam, maar daar geen uitgewerkt plan voor zou hebben laten maken. Zijn opvolger Biden, die voor hij begin 2021 president werd zich sterk voor terugtrekking had uitgesproken, zegt er lessen uit te hebben getrokken.

Het Amerikaanse leger en zijn bondgenoten vertrokken in augustus 2021 na twintig jaar militaire aanwezigheid op een chaotische manier uit de hoofdstad Kabul, waarop de Taliban het vacuüm razendsnel vulden. De aftocht werd door critici als een nederlaag beschreven.

„Het is duidelijk dat we het niet goed hebben gedaan” op het gebied van inlichtingen, zei de veiligheidswoordvoerder van het Witte Huis. De inlichtingendiensten hadden de kracht van de Taliban en de zwakte van en corruptie binnen het Afghaanse leger verkeerd ingeschat. Maar het vertrek blijft een goed besluit, aldus de zegsman, anders hadden er weer veel meer militairen moeten worden gestuurd.

Door een zelfmoordaanslag op 26 augustus 2021 op de luchthaven van Kabul, waar de Amerikanen bezig waren met een enorme militaire luchtbrug om in enkele dagen tijd meer dan 120.000 mensen het land uit te krijgen, kwamen dertien Amerikaanse militairen en 170 Afghanen om.