Recept: gnocchi uit de oven
In de Nederlandse keuken gebruiken we aardappelen in alle denkbare verschijningsvormen: gekookt, gepureerd, gefrituurd en zelfs ingedroogd tot het bindmiddel aardappelzetmeel. Maar er deegbolletjes van maken, dat idee komt uit Italië. Dergelijke bolletjes heten gnocchi. In de supermarkt nemen ze een bescheiden plaatsje in bij de overweldigend uitgebreide collectie aan pasta gemaakt van tarwe. Wat misschien een indicatie is voor de populariteit van gnocchi. Maar het is de moeite waard om ze eens te proberen, al was het alleen maar vanwege de variatie.
Gnocchi kun je, net als pasta, serveren met een saus en daarna eventueel in de oven gratineren. De boven de saus uit stekende bolletjes krijgen daardoor een knapperig korstje. Qua structuur en smaak verschillen gnocchi wel van pasta. Gnocchi zijn zacht vanbinnen. Dat is wel even wennen als je je fusilli of penne rigate graag ”al dente” eet.
Je kunt deze deegbolletjes zelf maken, zoals dat ook voor vele pastasoorten geldt. Ik vind het juist een handig product om kant-en-klaar op voorraad te hebben. Vacuüm verpakt zijn ze best lang houdbaar. Ik maakte er met groenten die ik per ongeluk ook nog in huis had, gehakt uit de vriezer en kaas uit de koelkast een ovenschotel van. Een soort koken uit de voorraadkast.