„Werken bij de politie kriebelde altijd al een beetje. Het contact met mensen, het opkomen voor slachtoffers en de hulpverlenende taken zijn dingen die me daarin aantrekken. Toen ik me erin verdiepte, bleek het ook mogelijk te zijn om als vrijwilliger bij de politie aan de slag te gaan. Dat leek me wel wat.

In 2011 ben ik met de opleiding tot politievrijwilliger gestart. De selectie daarvoor is best zwaar. Je legt een lichamelijkefitheidstest af, moet langs bij de psycholoog en er komt iemand bij je thuis om te kijken of je daar de boel op orde hebt. De selectie is even streng als bij de normale politieopleiding. Een burger ziet namelijk het verschil niet tussen een vrijwilliger en een beroepsagent.

De opleiding nam zo’n drie jaar lang twee avonden per week in beslag. Dat is best veel. Ik heb daarom eerst met mijn vrouw en dochters overlegd of zij dat zagen zitten. Dat was gelukkig het geval.

Met het vrijwilligerswerk zelf ben ik nu een avond in de week kwijt. Meestal plan ik mezelf in voor een avonddienst van 15.00 uur tot 23.00 uur. Omdat ik zelfstandig ondernemer ben, ga ik over mijn eigen agenda. De rijlessen plan ik om het vrijwilligerswerk heen.

Mijn werk als politievrijwilliger is divers. We surveilleren veel, rijden op meldingen van de meldkamer en doen regelmatig alcohol-, drugs- en snelheidscontroles. Ook het bewaken van een plaats delict, het natrekken van kentekens of het opnemen van een getuigenverklaring hoort bij het takenpakket.

Vaak doen wij als vrijwilligers de klusjes die beroepscollega’s te veel tijd kosten, zoals het vervoeren van verdachten naar het hoofdkantoor in Zwolle. Zij ronden ondertussen dan de administratieve kant van het werk af. Bij een strafbaar feit, zoals het rijden zonder rijbewijs of een winkeldiefstal, neemt het computerwerk vaak nog zo’n twee uur in beslag.

In Kampen werken nog vier andere politievrijwilligers. De beroepscollega’s ervaren onze hulp als prettig. Ze kunnen die goed gebruiken met alle personeelstekorten. Voor ons als vrijwilligers is het werk afwisselend. Je stapt in een heel andere wereld. Daarnaast hebben we geen administratieve rompslomp en hoeven we geen weekenddiensten te draaien. Een mooie win-winsituatie.”