Het bedrijf, ook bekend van het kindertoetje Danoontje, zag de totale omzet vorig jaar met bijna 14 procent stijgen tot een kleine 28 miljard euro. De vergelijkbare omzetgroei, zonder de effecten van bijvoorbeeld overnames, bedroeg 7,8 procent. Het volume van verkochte producten daalde echter met 0,8 procent, terwijl de prijzen met 8,7 procent stegen. De volumes van het bedrijf laten daarmee voor het zevende jaar op rij een daling zien.

Danone kampt met dezelfde problemen als andere fabrikanten van consumentenproducten, zoals het van KitKat en Maggi bekende concern Nestlé en Dove- en Magnum-moeder Unilever. Ook zij zagen de volumes dalen, terwijl de omzet steeg doordat ze hogere kosten voor bijvoorbeeld grondstoffen en transport doorberekenden aan de consumenten.

Hoewel Danone naar eigen zeggen de hoogste prijsverhogingen sinds de jaren 80 heeft doorgevoerd, dekken die volgens het bedrijf nog steeds niet alle extra kosten. Bedrijven in de consumptiegoederensector staan dan ook voor een dilemma over hoeveel van de hogere kosten ze moeten doorberekenen aan het winkelend publiek. Het absorberen van een deel van de kosten betekent minder winstgevendheid. En bij te sterke prijsverhogingen lopen bedrijven het risico dat consumenten minder zullen kopen en ze marktaandeel verliezen.

Danone zag de operationele marge, het winstpercentage dat op de omzet wordt geboekt, vorig jaar dan ook afnemen tot 12,2 procent, van 13,7 procent een jaar eerder. Dat is het laagste niveau in meer dan tien jaar. Voor dit jaar rekent het concern op een bescheiden verbetering van de operationele marge. Dat zou de eerste verbetering van de winstgevendheid zijn sinds 2019.