Kamer wil wet aanpassen tegen woondiscriminatie
Een Kamermeerderheid wil een wet van woonminister Hugo de Jonge aanpassen, zodat gemeenten meer kunnen doen tegen discriminatie door verhuurders. Partijen vinden dat nog te vaak potentiële huurders worden afgewezen omdat hun achternaam niet Nederlands klinkt.
Uit de Monitor discriminatie bij woningverhuur van vorig jaar blijkt dat zoekers met een „Marokkaans klinkende mannennaam” ongeveer 23 procent minder kans heeft om uitgenodigd te worden voor een bezichtiging. Ook bleek ruim een derde van de woningbemiddelaars bereid om discriminerende verzoeken uit te voeren.
Door het voorstel van D66 en DENK, dat andere partijen steunen, moeten verhuurders een plan van aanpak opstellen hoe ze woondiscriminatie gaan voorkomen. Gemeenten kunnen hier steekproefsgewijs op controleren en een verhuurdersvergunning intrekken als het plan niet aanwezig is.
„Al veel te lang blijkt dat een groot deel van de makelaars bereid is om te discrimineren”, aldus DENK-Kamerlid Stephan van Baarle. „Dat vinden wij onacceptabel.” „Aan deze praktijken moeten we een einde maken”, valt D66-Kamerlid Faissal Boulakjar hem bij. „Het is funest dat je in deze tijden op de woningmarkt, waarin veel jonge mensen al op achterstand staan, ook nog eens moet opboksen tegen discriminerende verhuurders.”
De Tweede Kamer debatteert woensdag over de Wet goed verhuurderschap van De Jonge. De minister had al laten weten welwillend tegenover het voorstel te staan. Volgende week wordt over het wetsvoorstel gestemd.