VS zien ‘historische kans’ op vrede tussen Armenië en Azerbeidzjan
De hoofden van de twee landen in de Kaukasus die al decennia met elkaar in de clinch liggen, zaten voor het eerst sinds oktober weer samen om tafel. Aanleiding is een vredesverdrag dat de Armeense premier Nikol Pashinyan aan aartsrivaal Azerbeidzjan heeft voorgelegd.
De Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Antony Blinken, die de bijeenkomst op de internationale veiligheidsconferentie in München bijwoonde, noemde de nieuwe onderhandelingen een ‘historische kans’ op weg naar vrede.
Twistpunt is zoals steeds de regio Nagorno-Karabach, een enclave binnen Azerbeidzjan met hoofdzakelijk Armeense inwoners. De situatie is extra gespannen sinds Azerbeidzjaanse activisten sinds eind vorig jaar de zogenaamde Lachin-corridor blokkeren. Dat is de enige landverbinding tussen Armenië en Nagorno-Karabach.
Nikol Pashinyan sprak met Ilham Aliyev, president van Azerbeidzjan, naar eigen zeggen over het „deblokkeren van het transport tussen de twee landen”. Dat zou deel uitmaken van een veel breder voorstel dat vrede in de regio mogelijk moet maken.
Sinds de val van de Sovjet-Unie in 1991 kostte het conflict over de betwiste regio Nagorno-Karabach aan 30.000 mensen het leven. Na enkele rustigere jaren kwam het in 2020 opnieuw tot zware gevechten met 6500 slachtoffers tot gevolg.