Israël pakt leider al-Aqsa brigade
Het Israëlische leger zegt de leider van de militante al-Aqsa Martelarenbrigade in het noorden van de Westoever, Nasser Awais, te hebben opgepakt. Van Awais was eerder gemeld dat hij dood was.
De 32-jarige Awais werd gearresteerd in het dorp Tubas, zo maakte het leger zaterdag bekend. Eerder zei een woordvoerder van de al-Aqsa Martelarenbrigade dat Awais op 5 april om het leven was gekomen toen explosieven die hij om zijn middel droeg bij een vuurgevecht met Israëlische soldaten in Nablus op de Westoever tot ontploffing kwamen. Een bron bij de brigade zei dit weekeinde dat Awais de gevechten in Nablus had overleefd, maar dat de leiding van de groep tegen de pers had gezegd dat hij dood was in de hoop dat het Israëlische leger zich dan zou terugtrekken uit Nablus.
Het leger gaf een verklaring uit waarin stond dat Awais verantwoordelijk wordt gehouden voor de dood van elf Israëliërs. Het gaat om de slachtoffers van een bomaanslag in Hadera, twee aanslagen in Jeruzalem en een aanslag in Netanya.
In het 15 kilometer ten noordoosten van Nablus gelegen Tubas werden ook Awais’ plaatsvervanger Abu Khader en nog twee leden van de Al Aqsa Martelarenbrigade gearresteerd, aldus het leger.
Israëlische militairen hebben zondag bij de Geboortekerk in Bethlehem een Palestijn doodgeschoten. Volgens het leger was de man gewapend en bereidde hij zich voor om Israëlische militairen onder vuur te nemen. De gewonde Palestijn werd door andere Palestijnen in de kerk naar binnen getrokken, waar hij overleed.
In en rond de Geboortekerk hebben zich ruim tweehonderd gewapende Palestijnen verschanst sinds zij 2 april in het nauw werden gedreven door het Israëlische leger. Voor het complex heeft het leger zondag een grote luidspreker geplaatst om de Palestijnen met hard versterkte, krassende geluiden zo op de zenuwen te werken, dat zij zich overgeven, aldus ooggetuigen.
Het Israëlische hooggerechtshof heeft zondag bepaald dat het Israëlische leger de lichamen van bij gevechten in het vluchtelingenkamp van Jenin omgekomen Palestijnen moet overdragen aan de Palestijnen. Het leger had aangekondigd de lichamen te zullen begraven in ongemarkeerde graven.
Het hof bepaalde dat het leger de lichamen samen met vertegenwoordigers van het Rode Kruis uit de straten van Jenin moet verwijderen. Als de legerleiding daarmee instemt mogen van de rechter ook vertegenwoordigers van de Palestijnse Rode Halvemaan mee.
Een aantal Arabisch-Israëlische parlementsleden had de rechtbank gevraagd te verhinderen dat het leger de lichamen van de gedode Palestijnen zou begraven. Het is niet duidelijk hoeveel doden er in het vluchtelingenkamp zijn gevallen. Israël noemt de Palestijnse bewering dat er mogelijk wel 500 doden zijn gevallen „propaganda.” Het Israëlische leger zegt in Jenin ongeveer 100 Palestijnen te hebben gedood, maar minister van defensie Binyamin Ben-Eliezer zei zondag dat het aantal doden in Jenin „in de tientallen, niet in de honderden” loopt.
Kolonel Dan Reisner, juridisch adviseur van de advocaat-generaal van het Israëlische leger, zei dat het leger in het vluchtelingenkamp Jenin 37 gedode Palestijnen heeft geteld, van wie er elf aan hun nabestaanden zijn overgedragen. De overige lijken werden uit veiligheidsoverwegingen nog niet geborgen, zei Reisner. Bij de gevechten in het kamp kwamen ook 23 Israëlische militairen om het leven.
Een arts van het ziekenhuis van Jenin, Mahmoud Abu Salayeh, zei dat de omstandigheden in het nabijgelegen vluchtelingenkamp zo erbarmelijk zijn dat mensen ongezuiverd water uit goten in de straten drinken. Tanks denderden zaterdag door de kapotgereden straten en er waren weinig Palestijnen te zien. Een aantal heeft weten te vluchten naar de stad Jenin.