Provincie Zuid-Holland onderzoekt eigen slavernijverleden
De provincie Zuid-Holland gaat onderzoek doen naar haar slavernijverleden. Zo wordt er gekeken hoe de provincie aan slavernij verdiende en welke rol bestuurders daarbij hadden. Ook wordt onderzocht hoe het slavernijverleden doorwerkt in het heden.
De provincie wil „met een nieuwe blik naar de geschiedenis kijken. En daarbij niet wegkijken van de minder mooie aspecten.” Door meer kennis over het verleden wil Zuid-Holland gelijke kansen creëren, „zodat iedereen die mee wil doen, ook mee kán doen”.
De Universiteit Leiden gaat het onderzoek naar geldstromen en het toenmalige bestuur uitvoeren en het Verwey-Jonker Instituut bekijkt de doorwerking van het slavernijverleden in de huidige samenleving. De onderzoekers zijn daarvoor nog op zoek naar mensen die ervaringen willen delen. In juni dit jaar verwacht de provincie de resultaten.
De gemeente Den Haag deed eerder al onderzoek naar haar rol in het koloniale en slavernijverleden. Burgemeester Jan van Zanen bood daarvoor in november excuses aan. Een maand later bood premier Mark Rutte namens de regering excuses aan voor het Nederlandse slavernijverleden. Eerder deden andere instanties dat al, zoals de gemeenten Amsterdam, Utrecht, Rotterdam, De Nederlandsche Bank en de provincie Noord-Holland.