Weggehaalde honden gaan niet terug naar fokkerij in Eersel
Een hondenfokker in het Brabantse Eersel krijgt 435 honden die zijn weggehaald door de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) niet terug. Dat meldt het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) donderdag, nadat de hondenfokker bezwaar had aangetekend.
De NVWA nam de honden eind januari mee, omdat de fokkerij niet genoeg maatregelen had genomen om de zorg voor de dieren te verbeteren. Veel dieren hadden gezondheidsproblemen en zaten met te veel in te kleine hokken.
Dierenwelzijnsorganisatie House of Animals wilde dat ook de achtergebleven 159 honden, waaronder 44 pups, weggehaald zouden worden bij de fokkerij, maar dat heeft het college afgewezen. Voor die dieren was er volgens de NVWA geen reden om ze mee te nemen. „Bij alle honden is een zorgvuldige afweging gemaakt of in bewaring nemen of op de locatie blijven de best passende oplossing is. Dieren verplaatsen levert namelijk stress op. Verplaatsen van moederhonden met jonge pups levert een te groot risico op voor de pups”, aldus de NVWA.
Het college wijst erop dat de Raad van State woensdag heeft bepaald dat de hondenfokker binnen zes weken met zijn bedrijf in Eersel moet stoppen. Volgens House of Animals is al bekend dat de fokker zich met zijn dieren in België wil gaan vestigen, waar hij zijn bedrijf wil voortzetten. „Dat 159 honden achterblijven vind ik onverteerbaar. Als de fokker naar België vertrekt, verdwijnt hij uit het zicht en is het lot van de honden zeer ongewis”, aldus Karen Soeters van House of Animals. De organisatie wil dat de NVWA harder optreedt tegen de fokker. House of Animals heeft aangifte tegen de Brabander gedaan.
De gemeente Eersel legde in 2021 al een dwangsom om te stoppen aan de fokkerij op, nadat die in opspraak kwam. De fokkerij ging daarop in beroep. De Raad van State stelde de gemeente woensdag in het gelijk omdat de fokkerij in strijd is met het bestemmingsplan. Als er over zes weken bij een controle nog honden gevonden worden, gaat de gemeente over op het opleggen van de dwangsom. Deze kan oplopen tot 25.000 euro.