Provincies: maak geschenkwoningen Watersnoodramp rijksmonument
Drie provincies vinden dat zogenoemde geschenkwoningen, houten woningen die wegens de Watersnoodramp in 1953 door Denemarken, Finland, Noorwegen, Oostenrijk en Zweden, aan Nederland werden geschonken, moeten worden aangewezen als rijksmonument. De provincies Zeeland, Zuid-Holland en Noord-Brabant vragen staatssecretaris Gunay Uslu (Cultuur) om te onderzoeken of dit mogelijk is.
Het verzoek komt op de dag dat de Watersnoodramp, die 70 jaar geleden plaatshad, wordt herdacht. De drie provincies noemen de geschenkwoningen „belangrijk erfgoed” van die ramp. Deze vond plaats in 1953 in de nacht van 31 januari op 1 februari, waarbij een zware noordwesterstorm zorgde voor dijkdoorbraken en overstromingen in de drie provincies.
Onderdeel van de wereldwijde hulpstroom die er toen op gang kwam, waarbij kleding en goederen werden gegeven, waren de geschenkwoningen voor dakloos geraakte gezinnen. Zeeland kreeg er 413, Zuid-Holland 248 en Noord-Brabant 199.
„De geschenkwoningen zijn een belangrijk onderdeel van onze geschiedenis”, aldus gedeputeerde Anita Pijpelink van de provincie Zeeland. „De houten huizen maken het verhaal van de Watersnoodramp letterlijk zichtbaar. Ze laten zien hoe de wereld ons te hulp kwam na die ingrijpende gebeurtenis. Dat verhaal van solidariteit heeft ook vandaag urgentie en moeten we blijven vertellen. Het is daarom belangrijk dat de geschenkwoningen behouden blijven voor volgende generaties. De status als rijksmonument kan daarbij helpen. Daarom vragen wij de staatssecretaris deze verkenning te doen.”
Dat verzoek komt namens de andere provincies ook van gedeputeerde Willy de Zoete (Zuid-Holland) en Stijn Smeulders (Noord-Brabant) .