Allawi kondigde verder aan het Iraakse leger te zullen versterken om de bloedige opstand neer te slaan die in de aanloop naar de verkiezingen honderden levens heeft gekost.

Volgens Allawi heeft zijn interim-regering bijna 1,7 miljard euro bestemd voor de uitbreiding van het leger van 100.000 naar 150.000 man en voor de aanschaf van nieuwe wapens. De interim-premier beschuldigde „vijandelijke troepen” ervan de verkiezingen te willen dwarsbomen en ervoor te zorgen dat niet iedereen op 30 januari kan stemmen. Maar hij zei niet te geloven dat dit overal in Irak een probleem zal worden.

De Deense regering geeft circa 15.000 Irakezen gratis treinkaartjes zodat ze hun stem kunnen uitbrengen voor de Iraakse parlementsverkiezingen. In het Scandinavische land is maar één stembureau, 20 kilometer ten westen van de hoofdstad Kopenhagen.

De nieuwe commandant van de door de Polen geleide internationale troepenmacht in Midden-Irak zei niet te verwachten dat de verkiezingen Irak stabiliteit zullen brengen. In een interview in Warschau kort voordat hij naar Irak zou vertrekken zei de Poolse generaal Waldemar Skrzypczak dat in Irak nooit iets lijkt te gebeuren zoals van tevoren wordt verwacht en dat de verkiezingen dus ook niet de verwachte rust zullen brengen.

Hij uitte bovendien zijn zorg over het aangekondigde vertrek van het 1600 man tellende Oekraïense contingent uit Irak. Volgens Skrzypczak moet zijn troepenmacht, als de Oekraïners zijn vertrokken, de supervisie over een van de drie provincies opgeven wegens een gebrek aan manschappen. Polen hoopt de controle over de provincie over te kunnen dragen aan Amerikaanse troepen.

Bij verschillende aanslagen verspreid over Irak kwamen dinsdag dertien Irakezen om het leven. Een bom die was verstopt langs de kant van de weg doodde zeven Irakezen in een minibus, nadat een paar minuten eerder een Amerikaans militair konvooi voorbij was gekomen. De aanslag werd gepleegd in Yussifiyah, ongeveer 15 kilometer ten zuiden van Bagdad. Bij een zelfmoordactie met een auto op een politiekantoor in Tikrit kwamen zes mensen om, aldus het Amerikaanse leger. Anonieme politiefunctionarissen verklaarden dat bij die aanslag twaalf mensen gewond raakten.

Opvallend genoeg claimden twee verschillende militante groeperingen, Ansar al-Sunnah en de organisatie van Jordaniër Abu Musab al-Zarqawi, op een website de verantwoordelijkheid voor de aanslag in Tikrit.

De vluchtelingenorganisatie UNHCR van de Verenigde Naties maakte dinsdag bekend dat slechts 8500 van de oorspronkelijk 300.000 inwoners van het Iraakse Fallujah na het Amerikaans-Iraakse offensief tegen de rebellen in de Iraakse stad naar hun woningen zijn teruggekeerd.

VN-woordvoerster Jennifer Pagonis zei dat sinds 23 december ongeveer 85.000 inwoners gebruik hebben gemaakt van de gelegenheid om hun woning in Fallujah te inspecteren. Van hen is ongeveer 10 procent achtergebleven. Veel vluchtelingen hebben besloten tot na de verkiezingen van 30 januari buiten Fallujah te blijven.

Het Amerikaans-Iraakse offensief tegen Fallujah begon op 8 november en is nog steeds niet helemaal voorbij. Er zijn nog altijd verzetshaarden en maar een gedeelte van de stad is volledig gepacificeerd. Veel huizen zijn vernietigd. Er is een ziekenhuis open, maar dat ligt in een zone die als onveilig wordt beschouwd. Om het ziekenhuis te bereiken moeten de inwoners van de stad langs verscheidene controleposten. Stromend water is maar enkele uren per dag beschikbaar. De stroomvoorziening werkt vaker niet dan wel.

De Iraakse interim-regering zegt dat ongeveer 60.000 mensen naar de stad zijn teruggekeerd. De UNHCR baseert haar gegevens op informatie van hulporganisaties die in de stad actief zijn. Volgens bronnen van deze organisaties heeft een aantal vluchtelingen buiten Fallujah onroerend goed aangekocht en zijn deze mensen voorlopig niet van plan terug te keren.