Het Jiddisch is terug in Mokum
Vanaf februari is het mogelijk om aan de Universiteit van Amsterdam (UvA) het vak Jiddisch te volgen. Vijf vragen aan prof. dr. Irene Zwiep, hoogleraar Hebreeuwse, Aramese en Syrische talen en culturen aan de UvA.
Eerst maar even: wat is het Jiddisch?
„Het Jiddisch, een variant van het Duits met veel Hebreeuwse woorden, is een van de bekendste Joodse talen naast het Hebreeuws en het Ladino. Dat laatste werd vooral gesproken in Zuid-Europa, in de rest van Europa spraken Joden Jiddisch. Vanaf de vroege middeleeuwen ontstond de taal in het Rijnland, rond de steden Worms, Speyer en Mainz. Als gevolg van de vervolgingen in de tijd van de kruistochten verdween de taal naar Oost-Europa. In de zeventiende eeuw kwam het Jiddisch weer terug naar het Westen en daarmee ook weer naar Amsterdam. Je zou kunnen zeggen dat het Jiddisch terug van weggeweest is.”
Waarom Jiddisch aan de UvA?
„Er blijkt vraag naar te zijn. Ik krijg aanvragen uit heel Nederland. Het raakt een snaar bij mensen. Dat verblijdt mij. Mensen krijgen weer contact met de geschiedenis. Het Jiddisch is een deel van de vaderlandse geschiedenis.
De groep die zich tot nu toe aanmeldde, is overigens heel divers. We zien dat Joden de weg naar de opleiding weten te vinden, ze hebben veelal interesse in hun roots. Er zijn ook mensen die het land Israël in hun hart hebben gesloten en daarom belangstelling hebben. Ook zien we studenten die meer willen leren over de context van de Hebreeuwse bijbel. Tot slot zijn er studenten Duits die het Jiddisch vanwege de verwantschap met het Duits als een logische keuze zien.”
Hoe uniek is het aanbod Jiddisch?
„Voor Nederland is het een unieke voorziening, die alleen in Amsterdam aangeboden wordt. In Düsseldorf, Trier en Oxford kun je ook Jiddisch studeren, evenals in New York en uiteraard in Israël.
We zijn ook heel blij dat de UvA in ons investeert. We kunnen nu twee bachelormodules en een mastermodule aanbieden. Bij de eerste bachelormodule leer je Jiddisch spreken. De twee andere modules zijn een uitbreiding, waarbij de taal en de cultuur ruimschoots aandacht krijgen. Vanwege de grote belangstelling hanteren we geen wachtlijst. We passen het lokaal wel aan aan de groepsgrootte.”
Hoe komt de universiteit aan een docent Jiddisch?
„We kwamen in contact met Danielle Zaidman-Mauer, een voortreffelijke docente. Ze schrijft in Amsterdam een proefschrift over vroegmoderne Jiddische boeken over volksgeneeskunde. En ze spreekt vloeiend Jiddisch, kwamen we achter. Zij gaat hier de opleiding vormgeven. We zijn heel blij dat ze dat doen wil. Laat ik het zo zeggen: we hebben mazzel gehad.”
Wat willen jullie bereiken met de opleiding?
„In onze maatschappij ligt er heel veel nadruk op de herinneringscultuur. En dat is ongelofelijk belangrijk. Hier in Amsterdam staat bijvoorbeeld het Holocaust Namenmonument. Tegelijkertijd willen we de Joodse cultuur en geschiedenis onder de aandacht brengen. Er is ook een levende Joodse cultuur naast de herinneringscultuur. De Joodse traditie is zo rijk en gaat ver voorbij de gruwelen van de twintigste eeuw. Het is onze missie om die rijkdom te delen. Daar hoort wat ons betreft het Jiddisch ook bij.
Daarbij heeft Amsterdam prachtige oude collecties Jiddische documenten in onder meer het stadsarchief. Ik ben blij dat we mensen kunnen opleiden die dat erfgoed daadwerkelijk kunnen lezen en beheren.”