Om auto’s betaalbaarder te maken onderzoekt het concern goedkopere batterijen, met alternatieven voor dure grondstoffen als kobalt en nikkel. „Alternatieven zouden al in 2026 op de markt kunnen komen”, zegt Schmall. „Het betekent kleinere batterijen, omdat grote batterijen in kleine auto’s hoge kosten met zich meebrengen. Een gemiddelde klant rijdt 40 kilometer per dag, dus waarom heb je een actieradius van 500 kilometer nodig”, vraagt de topman zich af.

Op de Noord-Amerikaanse markt is het beeld iets anders. Daar namen de verkopen van stekkerauto’s „de afgelopen maanden iets sneller toe dan verwacht”, zei Schmall. Dat is volgens hem mede te danken aan voordeeltjes voor kopers van elektrische auto’s die zijn doorgevoerd met de zogeheten Inflation Reduction Act van de Verenigde Staten.

Dit stimuleringsprogramma van honderden miljarden dollars zet kwaad bloed in Europa, omdat het voor oneerlijke concurrentie zou zorgen. Er zijn namelijk ook belastingvoordelen in meegenomen voor de aankoop van onderdelen van elektrische auto’s die in de VS zijn geproduceerd.

Schmall kondigde dinsdag een samenwerkingsverband aan op het gebied van laadinfrastructuur in Italië met een dochteronderneming van het Italiaanse energiebedrijf Enel Group. De twee investeren elk 100 miljoen euro om tegen 2025 een oplaadnetwerk van 3000 stations te bouwen.