Seculier Zweden als blauwdruk voor Europa
Zweden is een van de minst religieuze landen. Volgens onderzoeker Per Ewert heeft de sociaaldemocratie hier een grote rol in gehad. De gevolgen zijn volgens hem duidelijk: grote eenzaamheid en stijgende misdaadcijfers.
God neemt niet langer de belangrijkste plaats in in Zweden, maar het individu. De sociaaldemocratie heeft daarin een doorslaggevende rol gehad, stelt de Zweedse dr. Per Ewert, directeur van het Clapham Institute, de grootste christelijke denktank van het Scandinavische land. Hij promoveerde maandag op de rol van de sociaaldemocratie in de ontkerkelijking van Zweden.
Geen land werd zo seculier en individualistisch als Zweden, volgens de culturele wereldkaart van Inglehart-Welzel, een gezaghebbend diagram dat waarden ‘meetbaar’ maakt. Voor Ewert was dat de reden om naar de oorzaak van deze ontwikkelingen te kijken. „Secularisatie komt ook voor in andere landen, maar in Zweden is het allemaal net wat extremer.”
In veel landen van Europa speelde de sociaaldemocratie na de Tweede Wereldoorlog een belangrijke rol in de samenleving. Deze parlementaire vorm van het socialisme staat voor een samenleving met meer gelijkheid. Dit maakte sociale zekerheden zoals pensioenen en een ziektewet mogelijk. Nergens in Europa was deze invloed zo groot als in Zweden. Van 1932 tot en met 1976, 44 jaar, zaten de sociaaldemocraten daar stevig in het zadel. In 1976 veranderde dat. Na enkele schandalen en tegenslagen bleef de partij bij de verkiezingen in dat jaar de grootste, maar vormden diverse andere partijen een gematigde regering.
Een belangrijke reden waarom de sociaaldemocraten zo lang aan de macht bleven, is de Tweede Wereldoorlog, legt Ewert uit. „Omdat Zweden in de oorlog neutraal bleef, stond het er na de oorlog economisch goed voor ten opzichte van andere Europese landen. Dat gaf kiezers vertrouwen in de regerende partij.”
Enerzijds gaf de sociaaldemocratie stabiliteit. Maar anderzijds had deze enorme gevolgen voor het Zweedse christendom. In het socialistische wereldbeeld, gebaseerd op de ideeën van Karl Marx, wordt de kerk gezien als een instituut dat de arbeidersklasse onderdrukt, legt Ewert uit. De kerk biedt een ander antwoord op maatschappelijke problemen dan het socialisme. Het christendom werkt vanuit geestelijke waarden; het socialisme vanuit materiële beginselen.
Antichristelijk
Vanaf hun oprichting in 1889 waren de Zweedse sociaaldemocraten antichristelijk, zegt Ewert. Hun ideoloog, Karl Marx, beschreef het christendom al als het „opium van het volk.” Het christendom zou volgens Marx burgers doen schikken in hun lot, in plaats van te doen werken aan een betere toekomst. Om die afwachtende houding te doorbreken, wilden de sociaaldemocraten vanaf het begin kerk en staat scheiden. Daarnaast wilden zij de Zweedse kerk zelf veranderen.
Tot 2000 was de Zweedse Lutherse Kerk staatskerk. Niet de synode, maar het parlement had zeggenschap in kerkelijke zaken. Door hun parlementaire meerderheid konden de sociaaldemocraten hun macht uitbuiten, zegt Ewert. Kerkelijke lichamen werden vanaf politieke lijsten gekozen. „De sociaaldemocraten brachten politieke verkiezingen naar de kerk. Met een politieke agenda seculariseerde de kerk dus van binnenuit. Protesten van bisschoppen en de generale synode haalden niets uit; omdat het een staatskerk was, had het parlement het laatste woord.”
Klaslokaal
Hoewel Zweden niet het enige land is waar sociaaldemocratie in de 20e eeuw voet aan de grond kreeg, was dat wel het land waar het christendom het felst werd bestreden, zegt Ewert. In zijn studie vergelijkt hij de Zweedse sociaaldemocratie met die van Noorwegen. „In beide landen woedde in de jaren 60 de discussie of het christendom het klaslokaal uit moest. Waar de Zweedse regering dit tegen de wil van de bevolking doordrukte, schikten de Noorse sociaaldemocraten zich naar de wens van het volk.”
De Zweedse sociaaldemocraten waren dus vijandelijker, stelt Ewert. Volgens hem lag dat deels aan de mensen binnen de partij. Die waren feller dan hun Noorse collega’s. Daarbij citeert de promovendus de Nederlandse politicoloog prof. Hans Keman, die de sociaaldemocratie in verschillende landen met elkaar vergeleek. „Keman laat zien dat de sociaaldemocratie in Zweden een van haar meest linkse vormen aannam.”
De gevolgen hiervan zijn direct voelbaar in de Zweedse kerk. Hoewel kerk en staat in 2000 hun formele banden verbraken, is de secularisatie de kerk niet voorbijgegaan. De kerk van Zweden loopt voorop rond linkse thema’s als homorechten en klimaat, maar spreekt weinig over klassieke vragen rond zonde en genade, constateert Ewert.
Volgens hem zou de Zweedse kerk secularisatie serieuzer moeten onderzoeken. „We zien dat in een groot aantal kerken seculiere waarden invloed hebben”, zegt de promovendus, die zelf lid is van een onafhankelijke Bijbelgetrouwe gemeente. „De kerk moet daarom zichzelf onderzoeken en objectief naar haar waarde kijken. Is dit de manier waarop je kerk wilt zijn?”
Misdaad
Op maatschappelijk gebied bleven de ontkerkelijking en individualisering van de Zweed niet zonder gevolgen. Ewert signaleert een verlies aan zingeving en moraliteit en een stijging van eenzaamheid en misdaad.
<InlineImage imgUrl=“https://images.rd.nl/fill/w:2500/h:2500/plain/https%3A%2F%2Ferdee-prod-bucket-s3-001.ams3.cdn.digitaloceanspaces.com%2Ffoto_zweden_173757f1ca.png” caption=““Het land dat God vergat” heet de gepopulariseerde versie van Ewerts proefschrift. beeld Per Ewert” alt=“foto zweden.png” />
Hij is niet de enige die ontevreden is met de huidige situatie in het Scandinavische land. Hoewel de sociaaldemocraten bij de verkiezingen in september de grootste partij bleven, verschoof de macht naar een rechtse minderheidsregering. „Vooral jonge kiezers kozen massaal voor rechts. Dat laat zien dat er onvrede heerst over het linkse progressivisme dat Zweden zo lang geregeerd heeft”, zegt Ewert. Volgens hem zijn deze verkiezingsuitslagen een reactie op de stijgende misdaadcijfers, „maar mogelijk ook op de ideologie zelf.”
Ewert denkt dat de verkiezingen van september voor Zweden een keerpunt zijn. „Dit is een goed moment om als samenleving terug te kijken en te beslissen met welke waarden we de toekomst tegemoet willen treden.”
Dat zouden andere Europese landen zich in zijn ogen ook moeten afvragen. Zweden is volgens Ewert een goed voorbeeld om te evalueren welke kant een land op moet bewegen. „Wanneer landen een geïndividualiseerde samenleving willen, moeten ze naar Zweden kijken en beslissen of ze daarmee tevreden zouden zijn. Daarna kunnen ze religie uit de samenleving verwijderen en het individu centraal stellen.”
Als alternatief noemt de promovendus de sociaaldemocraat Tony Blair, Brits premier van 1997 tot en met 2007. „Hij was een christelijk politicus die dat tijdens zijn regeringsperiode niet uitte. Maar hij maakte wel duidelijk dat een maatschappij die niet gebaseerd is op christelijke waarden, uitmondt in een samenleving vol wetteloosheid en zonder liefde. De meeste mensen zouden dat geen goede maatschappij noemen.”