‘Vreemde’ koolmezen leggen meer eieren
Koolmezen die niet op Vlieland zijn geboren, maar daar naartoe zijn geïmmigreerd, leggen meer eieren op het eiland dan ’traditionele’ Vlielandse koolmezen. Hoe dat komt is niet duidelijk.
Dat stellen de biologen Erik Postma en Arie van Noordwijk van het Nederlands Instituut voor Ecologie in Heteren.
De onderzoekers constateerden dat koolmezen aan de westzijde van Vlieland meer eieren leggen dan aan de oostzijde van het Waddeneiland. De bosgebieden aan de oostzijde bleken na onderzoek een nagenoeg gesloten populatie te kennen. Dat betekent dat er geen koolmezen emigreren of immigreren. Ook koolmezen die op de westzijde van het eiland verblijven piekeren er niet over om naar het oosten te emigreren.
Aan de westzijde bestaat er echter wel import van koolmezen van andere eilanden en de vaste wal. Waarom die geïmmigreerde koolmezen meer eieren leggen, is niet bekend. „We gaan dat nog verder onderzoeken”, aldus Van Noordwijk.
Hij noemt de uitkomsten erg opmerkelijk. „Koolmezen kunnen goed vliegen, maar blijven op het eiland volledig verdeeld over het westen en het oosten.” Op Vlieland wordt sinds 1955 onderzoek gedaan naar koolmezen.