D66 en CU: Stuur sobere delegatie naar Qatar, niet de koning
Coalitiepartijen D66 en ChristenUnie vinden dat het kabinet beter niemand naar het wereldkampioenschap voetbal in Qatar kan sturen. „Als er dan toch een delegatie gaat, dan in elk geval géén feestdelegatie die sowieso niets bereikt. Het moet een sobere delegatie zijn, met een zakelijke boodschap”, zegt D66-Kamerlid Sjoerd Sjoerdsma.
„We leggen ons niet neer bij het kabinetsbesluit”, zegt de D66’er. Hij stelt in een motie voor om minister Wopke Hoekstra van Buitenlandse Zaken te sturen. Ook moet Nederland de mensenrechtenambassadeur sturen „om daar mensenrechten te bespreken en werk te maken van een royaal compensatiefonds voor de slachtoffers en nabestaanden van omgekomen arbeidsmigranten”.
In hun motie zeggen Sjoerdsma en ChristenUnie-Kamerlid Don Ceder het „te betreuren” dat het kabinet überhaupt een delegatie stuurt. Ze wijzen erop dat de Kamer tegen was omdat „bij de voorbereidingen van het WK Qatar 2022 op grote schaal mensenrechtenschendingen zijn begaan en duizenden mensen zijn omgekomen”.
De partijen zeggen verder dat in het verleden zware delegaties naar sportevenementen zijn gestuurd en dat die „negatief hebben uitgepakt voor de geloofwaardigheid van Nederland als voorvechter van mensenrechten”. De coalitiepolitici doelen op de beroemde foto van koning Willem-Alexander en koningin Máxima die tijdens de Olympische Winterspelen van 2014 een glas pils dronken met de Russische president Vladimir Poetin.
Minister Hoekstra wilde in een debat over het Nederlandse mensenrechtenbeleid niet zeggen wie naar Qatar gaat. Dat is aan de regering en er wordt separaat naar gekeken, zei hij. Als het kabinet niet gaat zal dat volgens hem „forse schade” toebrengen aan de dialoog over de mensenrechten en arbeidsmigranten. Hij ontraadt de motie.