EU-landen importeerden fors meer, vooral energie
De landen van de Europese Unie waren dit jaar tot en met augustus fors meer geld kwijt aan de import van grondstoffen, materialen en goederen. Vooral de oplopende energiekosten zorgden voor de stijging, becijferde het Europese statistiekbureau Eurostat. Alleen al in augustus was sprake van een toename van de invoer met 56,4 procent tot 271,8 miljard euro. De totale import van de EU-landen vanuit de rest van de wereld kwam in de eerste acht maanden van het jaar uit op krap 1967 miljard euro, bijna 50 procent meer dan een jaar eerder. Een kwart van de import betrof energie.
De import van energie door EU-landen was in de periode januari tot en met augustus goed voor 543,8 miljard euro. Dat betekende een stijging met dik 150 procent op jaarbasis. Door de oorlog in Oekraïne en de daaraan gekoppelde sancties tegen Rusland zijn onder andere de prijzen voor energie sterk opgelopen. Dat betekent dat voor energie die van elders wordt gehaald, zoals Russisch gas, meer moet worden betaald.
Met de invoer van goederen en grondstoffen uit Rusland was in de eerste acht maanden van het jaar 153 miljard euro gemoeid. Dat betekende een stijging met bijna 61 procent in vergelijking met dezelfde periode een jaar eerder. De export naar Rusland vanuit de EU nam in die periode met een derde af tot 38 miljard euro, vooral als gevolg van de sancties.
Verder valt de sterke toename van de import door de EU-landen van grondstoffen en goederen uit Noorwegen op. Europa wil zijn afhankelijkheid van Russische gas verkleinen. Ter compensatie wordt onder andere meer gas uit Noorwegen gehaald. De waarde van de import uit Noorwegen steeg in de meetperiode met 162,8 procent tot 103 miljard euro.