EU bereikt deal over maatregelen om energienota te verlagen
De EU-ministers van Energie zijn het vrijdag in Brussel eens geworden over een aantal eerste maatregelen die de energierekening voor burgers en huishoudens omlaag moet brengen.
Het gaat om verplichte bezuinigingen op het elektriciteitsverbruik in de lidstaten, heffingen op de hoge winsten die energiebedrijven boeken zodat die naar hun klanten worden teruggesluisd en een solidariteitsbijdrage van bedrijven die via fossiele brandstoffen stroom opwekken.
„We hebben vandaag een grote stap gezet met een pakket aan maatregelen die rust moeten brengen op de energiemarkt”, zei klimaatminister Rob Jetten. „Nederland heeft de belangrijke noodmaatregelen gesteund: een besparingsdoel op elektriciteit van 10 procent en het teruggeven van de extra winsten die fossiele- en elektriciteitsproducenten nu maken aan huishoudens met een hoge energierekening.”
De 27 EU-landen kwamen een vrijwillig nationaal besparingsdoel van 10 procent overeen, maar het is verplicht om 5 procent tijdens de piekuren te bezuinigen op het energieverbruik. Energieproducenten die met wind, zon of andere relatief goedkope bronnen hun elektriciteit duur verkopen, mogen nog maar 180 euro per megawattuur zelf houden. De rest dragen ze af.
Nederland en de andere EU-landen moeten de maatregelen nu nationaal uitwerken. „We hebben dit in Europa in een recordtijd uit de grond gestampt. De energiecrisis is vooral een Europees probleem dus die moet ook hier in Europa opgelost worden”, aldus Jetten.
De ministers praten nog verder over mogelijke andere ingrepen om de energieprijzen te verlagen. Een meerderheid van de 27 lidstaten wil een prijsplafond voor gas, maar dat plan zorgt voor grote verdeeldheid. Onder meer Nederland en Duitsland zijn daar tegen. Volgens diplomaten wordt deze hoogoplopende kwestie overgelaten aan de EU-leiders, die volgende week in Praag bijeen zullen komen.