„Stijging abortus na prenatale screening zorgelijk”
Stichting Schreeuw om Leven vindt het „een zorgelijke ontwikkeling” dat het aantal abortussen op basis van de uitkomsten van prenataal onderzoek sterk is gestegen.
Het aantal zwangerschapsafbrekingen vanwege het opsporen van aangeboren of erfelijke afwijkingen bij een ongeboren kind, steeg in een jaar tijd met bijna 50 procent. „Is dit het effect van de invoering van de 13 wekenecho in 2021 en eerder de NIP-test?” vraagt directeur Arthur Alderliesten zich woensdag af, in reactie op de jongste jaarrapportage van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd.
Hij zou het „aangrijpend” vinden als de cijfers „het begin van de gevreesde tendens” laten zien dat een intensievere inzet van prenatale screening leidt tot meer abortussen. „Allereerst vanwege de moeilijke, medisch-ethisch complexe situaties die hier kunnen spelen. Maar ook omdat dit cijfer kan zeggen dat we in Nederland steeds minder goed kunnen omgaan met lijden en medische gebreken.” De directeur stelt dat de tendens vraagt om een „werkelijk inclusieve samenleving waarin we er juist voor elkaar willen zijn, wat je ook mankeert.”
Alderliesten wijst er verder op dat de gedaalde abortusratio –het aantal abortussen per duizend levendgeborenen– niet per se goed nieuws is. „De daling is een trendbreuk die hoogstwaarschijnlijk meer wordt verklaard door het hoge aantal geboorten in 2021 dan de lichte daling van het aantal abortussen.”