De Kamer liet die onvrede woensdag blijken tijdens overleg met staatssecretaris Adelmund (Onderwijs) over het onderwijsachterstandenbeleid. De gemeenten, die dat beleid vormgeven, hebben momenteel niet voldoende aandacht voor Molukse scholieren, stelt de Kamer. Het gaat om de kleinkinderen van de Molukkers die zich in de jaren vijftig in Nederland vestigden.

Het geld om achterstanden in te halen gaat voornamelijk naar de grote steden, terwijl de Molukkers juist in dunnerbevolkte gebieden wonen. Daardoor lopen jonge Molukkers het risico te ontsnappen aan de extra aandacht die achterblijvende scholieren elders wel krijgen.

Uit onderzoek van Landelijke Steunpunten Educatie Molukkers (LESM) is gebleken dat de jonge Molukkers blijven steken in het vmbo en dat er nauwelijks sprake is van doorstroming naar havo en vwo. Hun ouders profiteerden in de jaren tachtig van het beleid dat was toegesneden op jonge Molukkers. Volgens LESM denkt de overheid dat er geen extra steun meer nodig is.

Adelmund waarschuwde ervoor het vraagstuk van de Molukse jongeren te reduceren tot een onderwijsprobleem. Ook ministeries die zich met welzijn en het grotestedenbeleid bezighouden, moeten volgens de bewindsvrouw een bijdrage aan de oplossing leveren.