Onderzoek: Twee derde christenen VS gaat nauwelijks naar de kerk
Van de jongere generaties Amerikanen die aangeven dat het christelijk geloof belangrijk voor hen is, gaat minder dan een derde maandelijks naar de kerk.
Dat blijkt uit de ”State of the Bible” die de American Bible Society (ABS) heeft laten onderzoeken, meldde de Amerikaanse nieuwsdienst Baptist Press deze week.
Het onderzoek is uitgevoerd onder meer dan 2500 volwassenen tussen de 18 en 57 jaar uit alle staten van Amerika. Daarbij is onderscheid gemaakt in de generatie Z (18-25 jaar), de millennial (26-41) en de generatie X (42-57). Het ABS-onderzoek, waar ook de universiteit van Chicago bij betrokken was, spreekt van christenen voor wie hun ”toewijding aan Christus” belangrijk is in hun dagelijks leven maar die niet per se naar de kerk gaan. Doen ze dit wel ten minste één keer per maand, dan heten ze ”praktiserende christenen”.
Uit de cijfers blijkt dat minder dan een derde van de ”toegewijde christenen” ook ”praktiserend christen” is: zij maken maandelijks een kerkdienst mee, hetzij online, hetzij fysiek. Bij de generatie Z is het percentage dat maandelijks een kerkdienst meemaakt nog kleiner.
„Wat is hier gebeurd?” zo vragen de onderzoekers zich af. „Zien we hier een scheiding tussen privégeloof en verbondenheid aan een publieke kerk? Zeggen mensen ”ja” tegen Jezus, maar ”nee” tegen de kerk?”
In het onderzoek was ook aandacht voor de geestelijke gezondheid van de ondervraagden. Daaruit blijkt dat met name de generatie Z te maken heeft met een „ongekend hoge mate” van stress. Die uit zich in zaken als slapeloosheid, eenzaamheid, angst en negatieve gevoelens. „Binnen de generatie Z is er sprake van een geestelijke gezondheidscrisis”, aldus de onderzoekers. Degenen van deze generatie die regelmatig de Bijbel lezen en toepassen in hun leven, vertonen echter minder symptomen van stress en depressiviteit.
De geestelijke gezondheidscrisis doet volgens de onderzoekers een appel op kerken en individuele gelovigen.