Door het noodweer in Limburg en delen van Noord-Brabant in juli vorig jaar werd voor een bedrag van zeker 180 miljoen euro aan verzekerde schade aangericht, waarvan het merendeel in Zuid-Limburg. „Verzekeraars hebben de schades zo snel en goed mogelijk afgehandeld, maar dat werd soms bemoeilijkt door de complexiteit, Covid-19 en schaarste aan vakmensen en materiaal”, aldus het verbond.

Volgens het verbond ontvingen verzekeraars door dat noodweer circa 25.000 schademeldingen, waarvan 10 procent zakelijk. De schade lag in het tweede halfjaar van 2021 door de overstromingen in Limburg ongeveer een kwart hoger dan in de jaren ervoor, aldus de organisatie.

Vorig jaar waren er ook andere extreme weersomstandigheden in Nederland. Het verbond wijst bijvoorbeeld op de storm, ijzel en hevige sneeuwval in januari, februari en maart. En in juni was sprake van lokaal noodweer met valwinden in Leersum, waarbij grote schade werd aangericht. Naast woningschade zijn door dat noodweer ook duizenden bomen in de bossen rond de plaats op de Utrechtse Heuvelrug omgewaaid.

Het Verbond van Verzekeraars komt later dit jaar met cijfers over een totaalbedrag voor schade die is gerelateerd aan noodweer. De organisatie stelt dat schadeverzekeraars klanten jaarlijks helpen bij gemiddeld zo’n 100.000 branden, 300.000 waterschades en een miljoen schades aan voertuigen.