Gaat de paus stoppen? Hij zegt van niet
Overweegt de paus om af te treden? Franciscus is 85 jaar oud, kwakkelt met zijn gezondheid en lijdt duidelijk onder de zware last van zijn functie.
Sinds zijn voorganger Joseph Ratzinger in 2013 het meer dan zeven eeuwen oude taboe op het voortijdig neerleggen van het ambt heeft doorbroken, is terugtreden ook een reële mogelijkheid. En als de paus die optie zelf ook openhoudt, dan komt het vaticanistische geruchtencircuit al gauw op gang. Zo ook nu.
Op 8 juni, tijdens een privébijeenkomst met Italiaanse bisschoppen in het Vaticaan, werd Franciscus gevraagd of hij zich zou laten opereren aan zijn pijnlijke knie. De knie noodzaakt hem al meer dan een maand om gebruik te maken van de rolstoel en om een voor juli geplande reis naar Afrika af te zeggen. Hij antwoordde dat hij nog eerder zou aftreden dan weer een operatie te ondergaan.
Eenmaal gelekt naar de Vaticaanse perszaal werd die uitspraak al gauw aanleiding voor speculaties in internationale media.
Conclaaf
Verschillende Vaticaanwatchers wezen daarbij op het door de paus op 26 augustus bijeengeroepen consistorie. Daar zal hij 21 nieuwe kardinalen benoemen, onder wie 16 van beneden de tachtig jaar. Zij mogen dus meestemmen in het eerstkomende conclaaf. Elf van hen zijn afkomstig uit Azië en Afrika.
In de dagen daarop volgt een buitengewone bijeenkomst van de –dan toch aanwezige– kardinalen gewijd aan de hervorming van de Curie, de organisatie van de kerk.
Dit is een geliefd thema voor de kerkleider, die als uit Argentinië afkomstige buitenstaander in de Romeinse slangenkuil al de nodige misstanden heeft meegemaakt. Zoals de geheime speculaties met Vaticaanse fondsen en louche figuren van curiekardinaal Giovanni Becciu, die de Rooms-Katholieke Kerk tientallen miljoenen hebben gekost. Of de voormalige Vaticaanse staatssecretaris kardinaal Tarcisio Bertone, die voor een kinderziekenhuis bestemde fondsen aanwendde voor de verfraaiing van zijn eigen prinselijke appartement in Vaticaanstad.
Volgens sommige vaticanisten zou paus Bergoglio zo eerst nog een paar hoofdpunten van zijn beleid willen realiseren –een meer internationaal korps van (kies)kardinalen en een opgeschoonde Curie– om vervolgens te stoppen. Omdat hij haast heeft, zou dat al in augustus moeten gebeuren, wat ongebruikelijk is vanwege de zinderende hitte in Rome.
In diezelfde dagen bezoekt hij in de aardbevingsstad L’Aquila de basiliek met de tombe van Celestinus V, de voorlaatste paus die aftrad, in 1294. Ook dat wordt gezien als een vingerwijzing.
Hoe serieus is dit alles? Niet erg, tenminste volgens de paus zelf die eerder deze week tegenover Braziliaanse bisschoppen alle geruchten ontkende. Net zoals hij vorig jaar, toen hij na een ingrijpende darmoperatie in een interview met de Spaanse radio precies dezelfde verhalen naar het rijk der fabelen verwees. De correspondente van de Romeinse krant Il Messaggero wees er op, dat de creatie van nieuwe kardinalen niets uitzonderlijks is, maar noodzakelijk was geworden om het 120 man tellende kiescollege aan te vullen. De gezondheid van de paus mag broos zijn, zijn wil is dat niet.