„Leerlingen weten lang niet altijd bij wie ze terechtkunnen met problemen, zorgen en vragen, en zij voelen vaak een hoge drempel om naar bijvoorbeeld een vertrouwenspersoon te stappen”, aldus de organisatie, die samen met onderzoeksbureau OneTwentyone in de afgelopen maanden onderzoek deed.

Daaruit is volgens de organisatie gebleken dat scholen de zaken formeel wel hebben geregeld, maar dat dat in de praktijk niet altijd het gewenste resultaat oplevert. „Leerlingen weten wel dat er een vertrouwenspersoon is, maar het is vaak onduidelijk wie het gezicht achter deze persoon is”, aldus voorzitter Iben Maas.

Leerlingen zeiden tegen de onderzoekers dat zij in de meeste gevallen maar naar hun mentor gaan of een andere docent met wie zij een klik hebben. Daar liggen dus mogelijkheden, maar „het is noodzakelijk dat er actief wordt gewerkt aan het opbouwen van vertrouwensbanden. Zo is het belangrijk om ruimte te hebben in de lessen om persoonlijke gesprekken te voeren tussen leerling en docent. Dit draagt bij aan het opbouwen van het formele én informele netwerk van vertrouwen”, aldus het LAKS.