Blik beleggers Amsterdam op DSM na nieuws over fusie
De blik van beleggers op de beurs in Amsterdam is dinsdag vooral gericht op speciaalchemieconcern DSM dat aankondigde te fuseren met het Zwitserse Firmenich. Ook verwerken beleggers cijfers over de Chinese industrie en een boycot van Russische tankerolie door de lidstaten van de Europese Unie. Later op de dag verschijnen ook nog nieuwe inflatiecijfers voor de eurozone.
Het nieuwe bedrijf gaat DSM-Firmenich heten. De bedrijven worden naar eigen zeggen leider op het gebied van creatie en innovatie in voeding, beauty en welzijn. Na de fusie zetelt het bedrijf met zijn hoofdkantoren in Zwitserland en Nederland.
Aandeelhouders van DSM krijgen 65,5 procent van het fusiebedrijf in handen. De overige stukken zijn voor de aandeelhouders van Firmenich. Daarbij zullen de Zwitsers 3,5 miljard euro inbrengen als onderdeel van de deal. Daarnaast verkoopt DSM zijn onderdeel Engineering Materials voor bijna 3,9 miljard euro aan investeringsmaatschappij Advent International en het Duitse chemieconcern Lanxess.
Ook Unilever kan op belangstelling rekenen. De Amerikaanse activistische investeerder Nelson Peltz krijgt een bestuurszetel bij het was- en levensmiddelenconcern. Peltz heeft via zijn beleggingsbedrijf Trian Fund Management een belang van 1,5 procent in Unilever en dringt aan op veranderingen bij het bedrijf.
De AEX-index op Beursplein 5 lijkt op basis van de openingsindicatoren met kleine uitslagen te openen. De hoofdgraadmeter sloot maandag met een winst van 0,9 procent op 708,34 punten. Londen, Parijs en Frankfurt wonnen tot 0,8 procent. Wall Street was maandag dicht vanwege Memorial Day.
De beurzen in Azië lieten dinsdag een wisselend beeld zien. Volgens cijfers van de Chinese overheid is de bedrijvigheid in de omvangrijke industrie van China in mei minder sterk gekrompen dan in april.
De boycot van Russische tankerolie, goed voor twee derde van het totaal, gaat eind dit jaar in. Dan zou de Russische olie-export naar de EU feitelijk met ongeveer 90 procent verminderen, omdat Duitsland en Polen hebben toegezegd ook af te zien van de Russische olie die zij per pijpleiding krijgen. De prijs van een vat Amerikaanse olie klom 3,6 procent tot 119,25 dollar en Brentolie werd 1,9 procent duurder op 123,92 dollar per vat.
De euro was 1,0741 dollar waard, tegen 1,0779 dollar bij het slot van de Europese beurshandel een dag eerder.