De afstand tot Jeruzalem was kort, ruim een kilometer. De Olijfberg behoort tot de bergkam die zich naar het oosten en noorden van de Oude Stad van Jeruzalem uitstrekt en zestig tot tachtig meter boven de stad uitsteekt. De berg zelf heeft drie toppen, die circa 810 meter boven de zeespiegel uitsteken. In het jaar 392 bouwde de Romeinse dame Poimenia een kerk op een van de drie hoogste punten. Ze dacht dat het de plek betrof waar de hemelvaart plaatsvond. Van deze kerk is niets meer over. De kruisvaarders bouwden op deze plek een achthoekige kerk. In het midden plaatsten zij een kapel met een open dak – dat de moslims later sloten. In het centrum van het achthoekig kapelletje bevindt zich een rots, waarop nog een voetafdruk van Jezus te zien zou zijn. De muren rondom de kapel vormen een achthoek. Een aantal kerken heeft hier zijn eigen altaar voor de liturgie op Hemelvaartsdag.

In het serene convent van het Russisch-orthodoxe nonnenklooster staat ook een ”Hemelvaartskerk”. De Russen kochten dit gedeelte van de Olijfberg in de negentiende eeuw. In 1887 was de zestig meter hoge toren klaar.

Russischsprekende pelgrims stappen eerbiedig de kerk binnen, luisteren naar de uitleg van een non en zingen een lied. Pal boven hun hoofden, in de koepel, is een afbeelding te zien van Christus tussen de wolken.