Rechtbank: Eindhovense terreurverdachten komen op vrije voeten
De Eindhovense terreurverdachten komen op vrije voeten. De rechtbank Rotterdam - voor deze zitting uitgeweken naar de beveiligde rechtbank op Schiphol - oordeelde donderdag dat zij niet langer in de cel hoeven te blijven. Hun hechtenis is in ieder geval tot de volgende zitting in juli geschorst.
De negen mannen werden september vorig jaar opgepakt omdat het Openbaar Ministerie signalen had ontvangen dat ze van plan waren een aanslag te plegen. Maar donderdag liet de officier van justitie weten dat deskundigen onder meer op basis van gesprekken met de verdachten oordelen dat er geen sprake is van het „ideologisch legitimeren van geweld”. Ook zouden de verdachten terreurorganisaties niet steunen, wat het OM aanvankelijk wel dacht. Integendeel zelfs. „Wij zien geen reden om te twijfelen aan de oordelen van de deskundigen”, zei de officier van justitie, en daarom adviseerde ze de rechtbank de hechtenis te schorsen.
De rechter nam dat advies over. De mannen krijgen wel een enkelband, besliste de rechtbank. Twee van de negen verdachten waren eerder al uit hechtenis geschorst.
De groep had een jaar lang een garagebox in Eindhoven gehuurd om in te kunnen fitnessen, omdat de sportscholen vanwege corona waren gesloten. Volgens het OM was de box een trainingscentrum waar de groep zich in de geest van de gewelddadige jihad fysiek en mentaal klaarstoomde voor het plegen van een aanslag.
De groepsleden, in leeftijd variërend van 18 tot 31 jaar, bekeken volgens het OM regelmatig samen IS-filmpjes en instructievideo’s over het maken van wapens en bommen en spraken over voorgenomen aanslagen. Wapens of explosieven zijn niet gevonden. Ook waren er geen concrete plannen of data voor een aanslag.
De verdachten zelf ontkennen met klem. Volgens hen waren het slechts foute en slechte grappen van een groep bekenden die samen trainden in een garagebox in Eindhoven. De advocaten hadden al eerder aangegeven dat wat hen betreft het OM de zaak veel te groot had gemaakt. „De hele strafzaak lijkt op een vergissing berust”, zei advocaat Tamara Buruma.
De inhoudelijke behandeling van de strafzaak staat gepland vanaf november. Tot en met januari volgend jaar zijn daar twaalf dagen voor uitgetrokken.