Fransen kiezen tussen twee wereldbeelden
Frankrijk kiest zondag wie er de komende vijf jaar als president in het Elysée mag zitten: Marine Le Pen of Emmanuel Macron. Macron liep de laatste dagen in de peilingen verder uit op Le Pen, maar zeker is dat de marge smaller is dan vijf jaar geleden.
Er valt iets te kiezen voor de Fransen zondag. Macron en Le Pen vertegenwoordigen twee diepgaand verschillende perspectieven op Frankrijk en de wereld. Op thema’s als Europa, de NAVO, de economie en immigratie lopen hun standpunten sterk uiteen. Daarachter tekenen zich twee ‘Frankrijken’ af: dat van de stad tegenover het platteland, de gegoede middenklasse tegenover mensen met bescheiden inkomens, de maatschappelijk geslaagden tegenover degenen die zich cultureel bedreigd voelen.
De inzet van Macron voor de tweede verkiezingsronde is veelzeggend: hij bestempelde die als „een referendum over Europa.” In de woorden van Le Pen gaat het om een strijd tussen „patriotten” en „globalisten.” Voor Macron betekent de Europese Unie bescherming tegen crises en oorlog, waarbij hij sterkere Europese autonomie bepleit op terreinen als defensie en landbouw. Le Pen heeft haar pleidooi voor uittreding uit de EU weliswaar in de ijskast gezet, maar wil die van binnenuit veranderen en juist meer soevereiniteit teruggeven aan de lidstaten.
‘Europa’ staat voor verschillende wereldvisies, maar ook voor andere sociale posities. Juist in het achtergebleven deel van Frankrijk leeft sterke scepsis ten opzichte van Europa. Die bevolkingsgroep spreekt Le Pen sterk aan met haar aandacht voor koopkracht. Ze belooft een heel scala aan maatregelen om de kosten van het levensonderhoud te verlagen. Zo wil ze de inkomstenbelasting voor alle Fransen onder de dertig jaar oud afschaffen en de accijnzen op brandstof en honderd basale levensbehoeften substantieel verlagen. Het zijn maatregelen die Frankrijk economisch gezien in zwaar weer zullen brengen, waarschuwt Macron. Veel Fransen die moeite hebben om de eindjes aan elkaar te knopen, weten zich echter door Le Pen vertegenwoordigd.
Kansen
In de peilingen van de afgelopen dagen heeft Macron zijn voorsprong op Le Pen verruimd: de laatste peilingen voorspelden een verschil van zeker 10 procent. Vlak na de eerste ronde van de presidentsverkiezingen, op 10 april, waren de marges nog veel smaller. Sommige peilingen gaven toen zelfs een uitkomst 51-49 aan.
De eerste ronde van de presidentsverkiezingen verdeelde Frankrijk electoraal gezien in drie kampen van ongeveer gelijke grootte. Grofweg een derde van de Fransen stemde op een nationalistische kandidaat (onder wie Le Pen); een derde op een centrum-rechtse, neoliberale kandidaat (onder wie Macron) en een derde op een uiterst-linkse kandidaat (onder wie Jean-Luc Mélenchon).
Zo gezien is de achterban van Mélenchon cruciaal in de vraag wie de verkiezingen gaat winnen. Maar zeker zo belangrijk zijn de thuisblijvers: in peilingen geeft meer dan een kwart aan zondag niet te gaan stemmen. Beide kandidaten is er dus veel aan gelegen juist die kiezers aan zich te binden.
De Franse politicoloog Dominique Reynié waarschuwt bij het maken van dit soort berekeningen echter voor verschil in stemgedrag tijdens een eerste en tweede ronde. „Kiezers die hun ongenoegen willen laten blijken, weten dat het hun in de eerste ronde niets kost”, legde hij deze week in de Franse krant Le Figaro uit. „Maar in de tweede ronde stem je voor jezelf. Dan overweegt men ineens dat een stem op Le Pen misschien wel gevaar oplevert voor het spaargeld. Daarom denk ik dat Macrons sterkste troef veiligheid is.” Reynié denkt daarbij concreet aan Macrons positie tegenover de NAVO, die volgens onderzoeken veel steun geniet onder de Franse bevolking, en de euro.
Protestanten
Duidelijk is dat de positie van Le Pen steviger is dan tijdens het vorige duel tussen haar en Macron in 2017. Le Pen heeft haar aanhang weten te vergroten, wat ze volgens analisten vooral te danken heeft aan haar sterke focus in de campagne op koopkracht. Wat haar wellicht ook heeft geholpen, is dat ze de scherpste kantjes van haar partijprogramma heeft afgeslepen. Sowieso legt ze minder nadruk op de meest controversiële thema’s. Tegelijk geldt dat aloude standpunten van de familie Le Pen inmiddels minder controversieel zijn geworden: ook een centrumrechtse kandidate als Valérie Pécresse nam tijdens haar campagne straffe stellingnames in op het gebied van immigratie en de islam.
De vraag is overigens wel in hoeverre het partijprogramma onder Marine Le Pen daadwerkelijk is veranderd. De Franse krant Le Monde nam de proef op de som en vergeleek de partijprogramma’s uit 2007, toen haar vader Jean-Marie Le Pen nog de scepter zwaaide, met die van 2012, 2017 en 2022. De krant viel vooral de grote continuïteit op, met name op terreinen als immigratie en veiligheid. Koerswijzigingen noteerde de redactie bijvoorbeeld op het gebied van de doodstraf, Europa en de 35-urige werkweek.
Die continuïteit is voor de Federatie van Franse Protestanten (FDF) reden de achterban expliciet op te roepen zondag niét op Le Pen te stemmen. De federatie noemt daarbij onder meer de standpunten van Le Pen over vluchtelingen en religieuze vrijheid. Ook vertegenwoordigers uit de joodse en islamitische gemeenschap riepen op steun te geven aan Macron. Opperrabbijn Haïm Korsa van Parijs zei onder meer te vrezen voor inperking van de religieuze vrijheden voor joden en moslims bij winst van Le Pen. Le Pen is onder meer voor een verbod op rituele slacht.
De Rooms-Katholieke Kerk houdt zich meer op de vlakte. „We moeten het democratische spel accepteren”, zei de voorzitter van de Franse bisschoppenconferentie mgr. Éric de Moulins Beaufort in Le Parisien. „Elke burger is prima in staat zelf te beslissen.”