Dr. Te Velde voor COGG: Verrassende reacties kerken op pandemie
Heeft de coronacrisis laten zien dat er onder de gemeenschappelijke vlag ”gereformeerd” toch diepe breuklijnen verborgen zitten? Of zijn de onderlinge verschillen die tevoorschijn kwamen wel te overbruggen?
Op deze „spannende vraag” probeerde dr. R. T. te Velde donderdagmiddag een antwoord te formuleren tijdens de eerste fysieke bijeenkomst van het Contact Orgaan Gereformeerde Gezindte (COGG) sinds de pandemie. De middag had als thema ”Gereformeerd anno 2022!?”
Tijdens de coronacrisis kwamen twee zaken aan het licht. Enerzijds bleek tijdens de pandemie de waarde en het belangrijke van de grote thema’s uit het gereformeerde geloof. Anderzijds bracht de coronacrisis ook een aantal ingrijpende verschillen binnen de gereformeerde gezindte aan het licht. Over die spanning dachten de deelnemers in Nijkerk na.
Dr. Dolf te Velde, universitair hoofddocent systematische theologie aan de Theologische Universiteit Kampen | Utrecht (TUK), bracht in zijn lezing de verschillende visies op de leer van het heil en de toe-eigening in verband met de praktijk tijdens de coronapandemie. De uiteenlopende reacties waren ook graadmeters om te zien welke waarde aan kerkdiensten, de preek en de sacramenten werd gehecht, zo betoogde dr. Te Velde. „Theologisch gesproken zijn dat de genademiddelen, waardoor de verzoening wordt uitgedeeld en ontvangen. In de gereformeerde theologie is er altijd een balans geweest als het gaat over de werking en de waarde van deze genademiddelen. Het gebruik van de genademiddelen wordt niet onderschat, maar anders dan in de lutherse en rooms-katholieke traditie kan de Heilige Geest vrij werken en is Die niet volledig gebonden aan het Woord en de sacramenten.”
Vrijmacht
De uiteenlopende reacties van kerken op de overheidsmaatregelen tijdens de crisis leverden voor de TUK-docent verrassende observaties op en gaven hem stof tot nadenken. „Die kerken aan de ‘rechterkant’ van de gereformeerde gezindte die gewoonlijk meer nadruk leggen op de inwendige roeping en Gods vrijmacht in het bewerken van Zijn heil, waren opvallend genoeg de kerken die vasthielden aan fysieke kerkdiensten met zo veel mogelijk kerkgangers. Daarentegen was het verrassend hoe makkelijk de wat ‘lichtere’ gereformeerde kerken –die anderszins veel meer waarde hechten aan kerkelijke gebruiken en liturgie– overschakelden op onlinediensten en dat met gebruikmaking van digitale mogelijkheden, en met verregaande aanpassingen de leden thuis avondmaal lieten vieren”, aldus dr. Te Velde.
De docent verklaart deze verschillen vanuit een andere kijk op de kerkdienst. „Daaruit blijkt dat een deel van de kerkgangers de preek niet meer beleeft als de bediening der verzoening, maar meer als expressie van het christen-zijn, en een middel in de heiligmaking om het christelijk geloof gestalte te geven in de wereld en de cultuur.”
Verrassend vindt dr. Te Velde het dat „de anders zo gezagsgetrouwe reformatorische kerken een eigen spoor trokken en vrijmoedig gebruikmaakten van de vrijheid van godsdienstbeoefening, terwijl andere –gewoonlijk meer vrijgevochten– kerken erg volgzaam bleken.”
Ondanks de verschillen en breuklijnen zou het goed zijn het contact en gesprek binnen de gereformeerde familie te blijven zoeken, pleitte dr. Te Velde aan het einde van zijn lezing.
Vervanging
De term gereformeerd is aan vervanging toe, stelde dr. J. Hoogland, hoogleraar aan de Vrije Universiteit Amsterdam, donderdagmiddag. Hij wil af van de volgens hem „verlammende” term gereformeerd. De cultuurfilosoof vindt dat de omstandigheden zodanig zijn veranderd dat de geloofswaarheden „bijdetijds, fris” en los van de geijkte gereformeerde terminologie moeten worden verwoord.
De kerk moet de essentie van het christelijk geloof voor kerkgangers en onkerkelijken ter sprake brengen, stelde dr. J. A. van den Berg, directeur van de missionaire organisatie IZB. Hij reageerde op beide lezingen. Dan gaat het altijd over kernbegrippen als zonde en heil en voor deze tijd: Gods hand is in alles wat gebeurt, zo zei dr. Van den Berg.