Toeristenstroom naar Israël komt langzaam weer op gang
De wens „Volgend jaar in Jeruzalem” is afkomstig uit een Joods gebed dat uitgesproken wordt bij de Grote Verzoendag en Pesach. Hoe gemakkelijk is het dit jaar om, in aanloop naar Pasen, naar Jeruzalem af te reizen? „Mensen die enthousiast zijn over Israël, laten zich niet gauw door wat papierwerk tegenhouden.”
Een reis naar Israël heeft dit jaar wat extra voeten in de aarde. Het land in het Midden-Oosten accepteert de coronacheck-app zoals die in Europa gangbaar is niet. Israël heeft zijn eigen, extra regels opgesteld voor reizigers. Zo moet je om het land binnen te kunnen komen een negatieve PCR-test kunnen overleggen. Die mag maximaal 72 uur oud zijn bij binnenkomst in het land. Daarbij moet je je online aanmelden bij het Israëlische ministerie van Gezondheid. Het ministerie geeft een verklaring af die het mogelijk maakt om het land binnen te komen.
Eenmaal geland in Tel Aviv is een volgende PCR-test op de luchthaven verplicht. Tot aan de uitslag van deze test word je geacht in quarantaine te gaan op het adres dat je al hebt opgegeven in je online aanmelding. De testprocedure op luchthaven Ben-Gurion is opgezet als was het een militaire operatie. De bezoekersstroom schuifelt van de aankomsthal een grote tent binnen met zo’n 75 testloketten. Ook midden in de nacht zijn ze allemaal open. Binnen een paar minuten ben je aan de beurt, worden de vooraf opgegeven gegevens gecontroleerd en wordt de test afgenomen. Met een oranje armbandje verlaat je na hooguit tien minuten het testpaviljoen, waar gepensioneerde Israëliers voor orde zorgen en de grote stroom mensen in goede banen leiden.
Nauwelijks zes uur later komt de negatieve uitslag van de test per e-mail binnen: de quarantaineperiode is voorbij en je mag gaan in staan in Israël waar je wilt.
Welke gevolgen hebben de regelgeving en het testbeleid op het aantal mensen dat Israël wil bezoeken? Komende week zal het Pesach en Pasen zijn. Traditioneel willen veel orthodoxe Joden en toeristen dan in Jeruzalem zijn. Laten zij zich nog tegenhouden door testen en papierwerk na twee jaar van lockdowns?
Touringcars
De pompbediende annex shopuitbater bij het tankstation net buiten Tel Aviv vraagt voorzichtig of we uit Rusland afkomstig zijn. Of wellicht uit Canada dan? Dat de toeristen uit Holland komen verbaast hem. Het is lang geleden dat hij Nederlanders sprak. Sowieso zag hij dit jaar nog maar erg weinig toeristen.
Dat ligt duidelijk heel anders als we arriveren op de Berg van de Zaligsprekingen, aan de noordkant van het Meer van Galilea. Het is er net zo druk als voor coronatijd. Een tiental bussen staat op het parkeerterrein. Over het terrein van de ‘heilige plaats’ zwerven tientallen toeristen, voornamelijk uit Amerika en Latijns-Amerika. De dame in de winkel heeft het druk. Een rij Amerikaanse toeristen staat al geduldig klaar met de creditcard. Haastig geeft ze antwoord: „Het is vooral de laatste twee weken erg druk. Daarvoor was het regenachtig, toen kwam er bijna niemand. Nu lijkt het wel alsof er geen Covid meer is.” Als we de reis vervolgen om het Meer van Galilea heen, ziet het verkeersbeeld er weer uit als vanouds. Druk, een tikje chaotisch, veel touringcars en hordes toeristen.
Papierwerk
De toeristenstroom is weer in volle gang, signaleert ds. M. L. Dekker uit Nazareth. „Zeker nu het kort voor Pesach is. Voor veel religieuze Joden is het een gebod om tijdens de drie pelgrimsfeesten naar Israël te komen. De grenzen zijn twee jaar min of meer gesloten geweest. En vanwege de lockdowns kon ook al twee jaar de sedermaaltijd (zie kader ”Sedermaaltijd”) niet gevierd worden met mensen van buiten het eigen gezin. Dus iedereen is blij dat het nu weer mogelijk is.”
Wel merkt ds. Dekker dat er momenteel geen Russische pelgrims in het land zijn. „We zien wel een stroom van Joodse vluchtelingen uit Oekraïne Israël binnenkomen, vooral naar onze woonplaats Nof haGalil, op uitnodiging van de burgemeester.”
De in Susya wonende Nederlandssprekende gids Aryel Tsion ziet het aantal toeristen ook weer stijgen. „Het is absoluut weer drukker, maar we zijn er nog niet. Ik verwacht dat de hoeveelheid toeristen deze zomer wel weer op het niveau zal zijn van voor de coronapandemie. Nu geldt er bij binnenkomst in Israël nog een testverplichting. Daar wordt vooralsnog aan vastgehouden. Ik vermoed dat deze testplicht en ook het papierwerk rond de zomervakantie niet meer nodig zijn. Dan kan iedereen, gevaccineerd of niet, weer vrij naar en van Israël reizen.”
Gethsemane
In Jeruzalem, de stad waar het tijdens de grote feesten normaliter een drukte van belang is, valt het aantal mensen donderdagavond wat tegen. In de nauwe straatjes van de Oude Stad is het relatief rustig. De mensen die er lopen, zijn inwoners van de stad en winkeliers die worden bevoorraad. Bij de Klaagmuur is er zelfs ruimte genoeg om een plaatsje vooraan te bemachtigen. Er zijn vooral orthodoxe Joden, toeristen zijn er nauwelijks te vinden.
De vrijdagmorgen in Jeruzalem bevestigt dat beeld. In Gethsemane is het niet druk. De beheerder van de tuin aan de voet van de Olijfberg vertelt dat er nu groepen toeristen komen van zo’n twintig personen. Voor de pandemie waren dat groepen van wel honderd man. Het gemiddeld aantal bezoekers per dag ziet hij wel oplopen. Maar de drukte die er voorheen was, die is er momenteel nog niet.
Aanslag
Rondom de Oude Stad is de sfeer na de aanslag van vrijdag in Tel Aviv, waar drie doden en meerdere gewonden vielen, gespannen. Bovendien is het ramadan én het begin van de sabbat. De politie en het leger hebben om deze redenen delen van de stad afgezet en houden de diverse bevolkingsgroepen gescheiden. De toeristen in en rondom de stad vallen om die reden nog meer op. Een groep Duitse toeristen zit op de muurtjes langs de Jericho Road met uitzicht op de Olijfberg. Halverwege de Olijfberg komt een groep Amerikanen naar beneden lopen, richting het Kidrondal. De leider van de groep, herkenbaar aan zijn met linten versierde wandelstok, wijst naar de Oude Stad. Met zijn luide stem maakt hij het reisplan kenbaar. Zijn woorden weerkaatsten tegen de eeuwenoude muren van Jeruzalem. „We lopen nu zo dwars door de stad naar de Grafkerk. Daar gaan we even binnenkijken. Waarschijnlijk vinden jullie het wel een indrukwekkende plaats. Maar wat veel belangrijker is dan al die pracht en praal: Hij is er niet meer, want Hij is opgestaan!”