Verzekeraar Aegon wint in licht lagere AEX
De Amsterdamse AEX-index opende woensdag wat lager. Beleggers reageerden op opmerkingen van een kopstuk van de Federal Reserve over het Amerikaanse rentebeleid, die op de Amerikaanse beurzen de rentevrees aanwakkerden. Daarnaast komen de Verenigde Staten en bondgenoten met nieuwe sancties tegen Rusland vanwege de oorlog in Oekraïne. Verzekeraar Aegon steeg nadat kredietbeoordelaar Moody’s de vooruitzichten voor het bedrijf verhoogde.
Lael Brainard, lid van de raad van gouverneurs van de Amerikaanse centrale bankenkoepel, zei dinsdag op een conferentie dat de centrale bank sneller actie moet ondernemen om de hoge inflatie tegen te gaan. Zo moet volgens haar onder andere de balans vol opgekochte obligaties snel worden afgebouwd en moeten de rentes worden verhoogd. De opmerkingen zorgden al voor verliezen op de Amerikaanse techbeurs Nasdaq.
Er worden woensdag nieuwe westerse sancties aangekondigd tegen Rusland vanwege het oorlogsgeweld in Oekraïne en de burgerdoden in de stad Boetsja. Het wordt verboden nog in Rusland te investeren. Volgens de zender NBC worden Russische financiële instellingen en staatsbedrijven verder aangepakt.
De hoofdindex op Beursplein 5 noteerde in de ochtendhandel 0,3 procent lager op 733,99 punten. Uitzender Randstad was de grootste winnaar met een plus van 3 procent. Verzekeraar NN Group steeg 1,5 procent nadat het een dag eerder al 2 procent aan waarde had gewonnen dankzij een adviesverhoging door Morgan Stanley. Chipbedrijven Besi en ASMI verloren tot 1,8 procent. De MidKap zakte 0,1 procent tot 1067,12 punten. De beurzen in Frankfurt, Parijs en Londen werden tot 0,6 procent lager gezet.
Techinvesteerder Prosus verloor 1 procent. Het aandeel reageerde op een verlies van internetbedrijf Tencent op de beurs in Hongkong. Daarin heeft Prosus een groot belang.
Kredietbeoordelaar Moody’s verhoogde de vooruitzichten van Aegon van negatief naar stabiel. Dat weerspiegelt volgens Moody’s het verbeterde financiële profiel van de verzekeraar. Aegon steeg 1 procent.
De euro was 1,0889 dollar waard, tegen 1,0975 dollar een dag eerder. Een vat Amerikaanse olie kostte 0,3 procent meer op 102,22 dollar. Brentolie werd 0,5 procent duurder, op 107,22 dollar per vat.