Minister bekijkt aanvullende studiebeurs voor meer studenten
Om studenten uit middeninkomengezinnen meer te laten profiteren van de basisbeurs die vanaf 2023 terugkomt, overweegt minister Robbert Dijkgraaf om studenten uit meer inkomensgroepen in aanmerking te laten komen voor een aanvullende beurs. Dat zal wel betekenen dat het maximum aan die aanvullende beurs of de basisbeurs zelf wat lager uitvalt, waarschuwt de bewindsman.
Diverse partijen in de Kamer vroegen om meer oog voor middeninkomens bij de terugkeer van de studiebeurs. Dijkgraaf was gevoelig voor dat punt en benadrukte dat er „nog niet een definitieve variant” ligt van hoe de basisbeurs eruit moet zien. Het kabinet heeft een ‘denkrichting’ opgesteld, en wil hierover met de Kamer in debat. Een cruciaal punt blijft wel staan: het budget wordt niet hoger dan 1 miljard euro per jaar.
Dijkgraaf voelt er weinig voor om in zijn eigen departement op zoek te gaan naar bezuinigingen om het basisbeursbudget te verhogen. Dat „is altijd problematisch”, zegt de minister na vragen van onder meer het CDA: het zou namelijk betekenen dat hij op andere gebieden, bijvoorbeeld cultuur, „pijn moet veroorzaken”.
Maar binnen dat bedrag van 1 miljard per jaar overweegt de bewindsman wel wat te schuiven ten opzichte van zijn eerste voorstel. Zo wil hij een versie uitwerken waarbij de huishoudens die in aanmerking komen voor een aanvullende beurs „wat verder uitlopen tot een hogere inkomensgrens”. Daardoor komen meer studenten uit de middenstand in aanmerking voor een aanvullend bedrag, bovenop de basisbeurs.
Dijkgraaf laat ook een variant doorwerken waarbij de basisbeurs juist hoger uitvalt, en de aanvullende beurs dus relatief kleiner is. De hoogte van de aanvullende beurs is afhankelijk van het inkomen van het gezin van de student. Een hogere basisbeurs is dus wel een maatregel waar studenten uit gezinnen met lagere inkomens dus minder van profiteren.
De minister staat er ook voor open de halvering van het collegegeld in het eerste jaar terug te draaien. „Dat is iets dat we zeker kunnen meenemen in mogelijke plannen”, zegt hij tegen de Kamer. Maar „dan moeten we wel even precies kijken wat het doel is dat we daarmee willen bereiken”. Het terugdraaien van deze maatregel zou netto zo’n 15 miljoen euro opleveren voor Nederlandse studenten, omdat buitenlandse studenten ook profiteren van de halvering.