Drie uur in de rij om Queen Mum de laatste eer te bewijzen
Duizenden en nog eens duizenden mensen liepen tot dinsdagmorgen zes uur Britse tijd langs de baar van de Britse koningin-moeder Elizabeth. De ”Queen Mum” overleed zaterdag 30 maart op 101-jarige leeftijd. Dinsdag wordt zij begraven tijdens de grootste ceremonie in Londen sinds de teraardebestelling van Winston Churchill in 1965.
Bij de Westminster Abbey en voor de Westminster Hall is het een drukte van belang. Tegenover de kerk bivakkeren de fanatiekste aanhangers van de Queen Mum op straat. Zij willen niets missen van de processie die de volgende dag voorbij zal trekken. Vicky Maidment heeft voor zichzelf en haar drie kinderen een tentje opgezet. Ze stopt het vol met dekbedden. Ze haalt koffie en trekt een trui aan. „Ik ga hier de tweede nacht in. Ook zijn we al twee keer in de Westminster Hall wezen kijken”, informeert ze.
In de Westminster Hall kan het publiek de laatste eer bewijzen aan de op 30 maart overleden Queen Mum, zoals koningin-moeder Elizabeth meestal werd genoemd. „Tweeënhalf tot drie uur moet u in de rij staan”, zegt de agent tegen degenen die afscheid willen nemen van de in staatsie opgebaarde Queen Mum. Het is op dat moment halftien Greenwich-tijd in de avond. De zon laat wat roze strepen achter, verdwijnt achter de skyline. Er steekt een bries op. Langs de Houses of Parliament lopen mensen gehaast via de Westminster Bridge over de Thames om zich aan de andere kant van de rivier in de rij te scharen. Ze hebben dan nog zo’n 5 kilometer te gaan. De staart van de rij bevindt zich bij een tentje dat goud verdient aan brood en drank.
Ook Sue Watkiss en haar negentienjarige zoon Mark uit Herefordshire komen naar de ”lying-in-state”. „Op de valreep. Mark wilde graag en we hadden het druk, nu kan het nog net”, aldus de vriendelijk ogende Sue, in het dagelijks leven verpleegkundige. Pa is thuisgebleven vanwege een griep. Sue heeft er een hekel aan om in Londen met de auto te rijden. Dus heeft ze de wagen aan de rand van de stad geparkeerd en is ze vandaar via de metro met Mark hierheen gekomen.
Het eerste halfuur gaat snel. Af en toe met er een drafje worden gemaakt. Dan stokt het weer even. Er heerst een welhaast ontspannen sfeer. Men babbelt en men belt vooral mobiel naar thuisblijvers. Ook Sue praat regelmatig even via de telefoon met haar echtgenoot. Aan de overkant van de Thames baden de Houses of Parliament in het licht. De klok slaat tien uur en Sue trekt haar jas dichter om zich heen. „Het begint kouder te worden. Hoewel, ik ben blij dat het niet regent”, zegt ze. „Het zou verstandig zijn als iemand aan het einde van de rij precies zou aankondigen hoe lang het gaat duren. Nu moeten we maar afwachten.” Mark, met een droog gezicht: „Er zijn in totaal al vijf mensen ziek geworden in de rij. Gisteren hadden we drie hartaanvallen.” Voor Sue staan een paar scholieren die de detectives van Enid Blyton lezen. Achter haar een vader met een zoon. Er is grote verscheidenheid onder degenen die de koningin-moeder een laatste vaarwel toezeggen.
Mark is een voorstander van het koningshuis. „Ach, de prinsen zijn de laatste jaren in populariteit gedaald, maar het gaat weer wat beter”, mijmert hij. Sue vraagt belangstellend hoe het met het koningshuis in Nederland is. Zelf is ze niet overdreven koningsgezind, maar ze vond de Queen Mum gewoon sympathiek. „Ze heeft bijzonder veel voor ons land betekend”, aldus Sue. Ze vertelt dat de manier waarop de koninklijke familie met de dood van de Queen Mum omgaat, is verbeterd in vergelijking met de dood van Diana in 1997. „Toen gedroeg de familie zich koel. Diana was een celebrity en de Queen Mum is toch van een geheel andere orde. Positief is dat de koningin en de prinsen met het publiek hebben gesproken. En vanmiddag was het echt ontroerend toen de vier kleinzoons een korte wake hielden bij haar kist.”
De optocht vordert gestaag naar Lambeth Bridge over de Thames, waar de rij mensen afbuigt naar rechts, naar de Westminster Hall, waar de koningin-moeder ligt opgebaard. Sue deelt wat Belgische biscuitjes uit en Mark neemt een slok koffie uit zijn thermoskan. „De prinsen van de komende generatie zullen heel andere koningen worden”, voorspelt Sue. „Ik zie dat hier in Engeland. Misschien wordt Charles geen koning en gaat de kroon direct van Elizabeth over op Charles’ zoon prins William. Het zal veel moderner worden en minder afstandelijk.” Ze gaat er wel van uit dat Charles’ relatie met zijn geliefde Camilla Parker Bowles standhoudt. Mark: „Die gaan trouwen, zeker weten.” Camilla is spontaan en gewoon, voegt Sue eraan toe.
Vanaf de brug hebben de wachtenden een schitterend uitzicht op de Thames met aan weerszijden Londen. De sandwiches van Mark zijn op en hij kijkt op zijn horloge. Af en toe lopen politieagenten langs de mensenrij. Ze informeren hoe het gaat. Eenmaal aan de andere kant van de rivier kunnen de wachtenden een drankje kopen bij de christelijke vrouwenvereniging, vermoedelijk een van de vele organisaties en instellingen waaraan de overleden Queen Mum deelnam.
Rijzig torent de Westminster Hall omhoog. Er liggen bloemen met linten en strikken. Niet veel verder gaat iedereen een witte tent binnen. Daar kan het condoleanceregister worden getekend. Rust in vrede, schrijft een mevrouw er bedachtzaam neer. Dan schuifelt het publiek weer verder. Het moet in de Middeleeuwen niet veel anders zijn geweest: het volk komt afscheid nemen van zijn vorst. Alleen de entourage is anders.
Het laatste uur gaat het langzaam. „Nog een paar honderd meter”, moedigt een blonde jonge agente aan. De Westminster Hall met de ”entree voor de soeverein” doemt aan de rechterkant op. Links druist het verkeer voorbij. Buckingham Palace kon niet verhinderen dat er op de Londense dubbeldekkers reclame wordt gemaakt voor de film ”Queen of the damned”.
Twee mannen delen plastic zakjes uit voor gevaarlijke voorwerpen. „Over een minuut volgt de veiligheidscontrole”, waarschuwen ze. Een koninklijke bruiloft in Amsterdam mag dan veel voeten in de aarde hebben, een koninklijke begrafenis in Albion niet minder. De Britten nemen geen enkel risico en hebben scanapparatuur laten aanrukken om de mensen te controleren alvorens ze de Westminster Hall betreden. Daarmee is de begrafenis een complete happening geworden, een media-event van de bovenste plank.
Mark legt zijn zilvergrijze mobieltje in het bakje en vist het een meter verder weer op. Samen met zijn moeder loopt hij de trappen op waarover een bruin tapijt is neergelegd. Dan valt er een diepe stilte. Alleen voetstappen worden gehoord. Iedereen houdt de adem in bij het betreden van de grootse en majestueuze zaal. Daar, in het midden, ligt de Queen Mum opgebaard. Indrukwekkend prijkt de kist op een paars beklede sokkel. Op een paars kussen ligt de kroon. Voor de baar staat een verguld kruis. Vier bewegingloze wachters in het rood bewaken het gebalsemde lichaam van de laatste telg van het Brits imperium. Vanaf een balkon kijkt een vijfde toe. Aan beide kanten van de baar lopen de mensen voorbij. Wie per ongeluk stilstaat, wordt door een agent zacht vermaand door te lopen.
Voordat ze de hal verlaten, draaien de meeste mensen zich om. Ook moeder en zoon Watkiss doen dat. Een laatste saluut. Sommigen blijven staan. Ze kijken, kijken, kijken met een verlichte blik naar de lying-in-state. „Ik ben heel blij dat ik ben geweest”, zegt Sue Watkiss als ze de buitenlucht weer inademt. Het is net even na middernacht.