Nederland stuurt 25 militaire trainers naar Irak
Nederland is van plan 25 militaire instructeurs naar Irak te sturen, die het nieuwe Iraakse leger mede moeten opleiden in het kader van een NAVO–operatie. Dat heeft minister Bot van Buitenlandse Zaken donderdag meegedeeld na afloop van overleg met zijn collega’s binnen de NAVO.
Daarnaast bestaan er in Den Haag nog plannen om een tiental leden van de marechaussee mee te sturen voor bewaking van de militaire trainers. Hongarije, dat tien instructeurs gaat sturen, zei donderdag ook al 170 militaire bewakers en speciale tanks toe. De Tweede Kamer moet overigens de inzet van Nederlandse instructeurs nog wel goedkeuren.
De ministers van Buitenlandse Zaken van de NAVO–lidstaten besloten donderdag om de trainingsmissie voor het Iraakse leger een volgende fase in te laten gaan, waarbij er uiteindelijk driehonderd instructeurs namens het bondgenootschap naar Bagdad gaan.
Spanje, Frankrijk en Duitsland willen niet meewerken aan training binnen Irak, maar sturen wel instructeurs naar buurlanden. Zo gaat Duitsland chauffeurs van het Iraakse leger opleiden in de Verenigde Arabische Emiraten.
De drie ’dissidente’ NAVO–landen willen overigens ook dat geen leden van de centrale militaire NAVO–staf in Bergen in Wallonië naar Irak worden gestuurd. De Nederlandse generaal Hilderink leidt momenteel al een voorbereidende missie voor de na lange politieke discussie overeengekomen NAVO–trainingsoperatie.
Bot riep donderdag andere NAVO–landen op ook meer te doen voor missies van het bondgenootschap. „Wij kunnen nu niet altijd Joris Goedbloed zijn die wel troepen levert", aldus de bewindsman. „Dat gaat wat ver, hoewel we als Nederland altijd aan onze verplichtingen willen voldoen."
„Het zijn altijd dezelfde lidstaten als Nederland, Canada, Noorwegen en Denemarken die wel klaar staan. Secretaris–generaal De Hoop Scheffer moet ervoor zorgen dat andere landen ook eens wat doen. Als wij andere lidstaten van de NAVO aanspreken op hun verplichtingen kijken ze strak voor zich uit", aldus Bot.