Ere-escorte repeteert
Het zijn spannende dagen voor de mannen en vrouwen die zaterdag te paard de rouwstoet voor prins Bernhard escorteren. Woensdagmorgen oefenden het Cavalerie Ere-escorte en het Korps Rijdende Artillerie, beter bekend als de Gele Rijders, op een inderhaast ingericht manegeterrein op de Waalsdorpervlakte in de duinen bij Den Haag.
Zaterdag rijden namens het ministerie van Defensie 34 paarden en ruiters mee. Zij worden in vijf dagen tijd klaargestoomd voor deelname aan de plechtige stoet. Alles moet perfect op elkaar zijn afgestemd want de beelden van de rouwstoet, die vanaf Paleis Noordeinde in Den Haag naar de eindbestemming in Delft trekt, gaan de hele wereld over.
De Gele Rijders krijgen een zeer prominente plaats in de rouwstoet. Het in ’t Harde (Gelderland) gevestigde legeronderdeel heeft een bijzondere band met Bernhard. De prins werd in 1937 geïnstalleerd als kapitein der rijdende artillerie en bleef de afgelopen decennia nauw betrokken bij dat onderdeel. De Gele Rijders zien Bernhard dan ook als een collega-rijder.
Aan beide zijden van de affuit, het onderstel van een kanon waarop Bernhard naar Delft wordt overgebracht, lopen vier officieren van de Gele Rijders. Zij dragen het ceremonieel tenue; donkerblauwe uitrustingen met goudkleurige versieringen en op het hoofd kwartiersmutsen in de korpskleuren.
Achter de affuit rijdt een commandant van de Gele Rijders, gevolgd door twee rijen met in totaal acht ruiters. Daar weer achter komen de ruiters van het Cavalerie Ere-escorte. De samenstelling van de stoet heeft plaats in de stallen van Paleis Noordeinde.
De Gele Rijders spelen zaterdag nog een tweede belangrijke rol. Vanaf het moment dat de rouwstoet het Instituut Defensie Leergangen (ongeveer halverwege de route) is gepasseerd tot het einde van de bijzetting zijn zij verantwoordelijk voor zogeheten minuutschoten. Dat zijn saluutschoten die ter ere van prins Bernhard om de minuut worden gelost.
Het Korps Rijdende Artillerie is het oudste korps van de Koninklijke Landmacht. Het werd op 21 februari 1793 op initiatief van prins Willem V (1748-1806) opgericht.