Sri Lanka wankelt naar de afgrond
In de haven van de Sri Lankaanse hoofdstad Colombo wachten tientallen zeeschepen al dagen op het moment dat ze kunnen worden gelost. Maar er is geen geld meer. De voorraden rijst en brandstof komen de kades niet op.
Sri Lanka is in een ongekend diepe economische en humanitaire crisis beland. De schaarste aan eerste levensbehoeften als rijst, melkpoeder, medicijnen en brandstof, zorgt voor een gierende inflatie en drijft de bevolking tot wanhoop. Er is nauwelijks nog geld voor het dagelijkse voedsel en als het er is, wordt het steeds moeilijker om de rijst en groente te koken omdat het gas voor de gewone man niet meer is te betalen. Het toerisme is ingestort. De scholen zijn al bijna twee jaar gesloten. Sri Lankanen die het zich kunnen permitteren, verlaten moedeloos het land. De armen zoeken hun heil steeds meer bij de marxisten van het uit de as herrezen Volksbevrijdingsfront (JVP).
Sri Lanka is economisch sterk afhankelijk van de import. Vrijwel alle basisproducten, nodig voor het dagelijks leven van de bevolking, moeten worden ingevoerd. Om die te financieren, staken de achtereenvolgende regeringen zich diep in de schulden, vooral bij China en buurland India. Maar Sri Lanka dreigt nu onder de schuldenlast te bezwijken. De internationale valutareserves zijn geslonken tot vrijwel nul en de toegang tot de financiële markten is beperkt. China reageert negatief op de smeekbedes van de regering in Colombo om nieuwe leningen af te sluiten en weigert nog langer het ene gat met het andere te stoppen.
Veel instrumenten heeft president Guta Rajapakse niet meer om de crisis het hoofd te bieden. Het land zit volledig in de wurggreep van het machtige China en kan geen kant meer op. „Sri Lanka is overgeleverd aan de wil van China”, aldus Prabhath de Silva, advocaat en voormalig rechter in de hoofdstad Colombo. „Het onvermogen van het land om de miljarden aan schulden af te lossen, geeft China de kans zijn greep op het land te verstevigen. De zuidelijke stad Hambatota profiteerde niet lang van de gloednieuwe zeehaven die door Chinese bedrijven was aangelegd. China heeft een leasecontract voor 99 jaar afgesloten met de autoriteiten om op die manier zijn geld toch terug te krijgen. Hetzelfde verhaal is te vertellen over aangelegde vliegvelden en autowegen in Sri Lanka. Deze Chinese politiek maakt deel uit van de Nieuwe Chinese Zijderoute, die China moet verbinden met de rest van de wereld. Sri Lanka ligt op een voor China strategisch knooppunt van die handelsroute”, aldus De Silva.
Nekslag
Op korte termijn kan Sri Lanka weer even op adem komen. De grote noorderbuur India was zo royaal om het eiland midden januari een fors noodkrediet van nog eens 500 miljoen dollar te verstrekken. Zonder deze hulp zou Sri Lanka per 19 januari in het donker komen te zitten als gevolg van de sluiting van een van de grootste elektriciteitscentrales van het land door brandstofgebrek. Maar ook India zal op termijn zo langzamerhand zijn knopen tellen. Sri Lanka staat nog voor bijna 2,5 miljard dollar bij het land in het krijt en het is een raadsel hoe het tij kan worden gekeerd en de neerwaartse spiraal kan worden omgebogen.
Voorlopig lijden de Sri Lankanen. Door de snel stijgende prijzen is het voor zeker de helft van de bevolking moeilijk geworden om in het dagelijks levensonderhoud te voorzien. Shirley Faber, predikant van de Christian Reformed Churches van Sri Lanka, spreekt van een dramatische situatie. „Er is geen sociaal vangnet. We doen wat we kunnen om vanuit de dertig gemeenten en missieposten van de CRC de bevolking te helpen. Daarbij doen we onze uiterste best om ook onze boeddhistische en hindoeïstische landgenoten te hulp te komen. We lijden allemaal. De regering is laks en onverschillig. Ze heeft geen idee wat er leeft onder de creperende bevolking. Er is weinig besef van crisis en urgentie. Ze maken ons land te schande.”
„Ik overweeg ook te vertrekken”, zegt Nimesh de Silva, een jonge touroperator uit Colombo. Het ging hem voor de wind en De Silva maakte plannen om zijn commerciële activiteiten naar West-Europa uit te breiden om meer toeristen naar het eiland te lokken. Het toerisme vormde tot 2018 zeker 10 procent van het nationaal inkomen en bood werkgelegenheid aan ruim 200.000 mensen. De terreuraanslagen van Islamitische Staat op drie christelijke kerken en enkele hotels op eerste paasdag 2018, maakten een abrupt einde aan De Silva’s dromen. De toeristen vertrokken op slag. Toen ze weer voorzichtig terugkeerden, kwam begin 2020 de definitieve nekslag met de komst van het coronavirus.
„Mijn kind gaat al twee jaar niet naar school, wat voor toekomst heeft hij hier?” zegt een wanhopige De Silva, die nu, samen met zijn vrouw, het hoofd boven water probeert te houden met de verkoop van eigengemaakte jam aan huis. Hij is zwaar teleurgesteld in zijn president. „Rajapakse was veelbelovend, en beloofde bij zijn verkiezing in 2019 een einde maken aan de diepe verdeeldheid in het land en het veiliger te maken zodat vakantiegangers ook weer durfden terug te komen om te genieten van het mooie Sri Lanka. Maar ik heb me zo in hem vergist. Hij is een dictator, die het land aan China heeft uitgeleverd en in chaos heeft gestort.”
Wanhoop en woede
De regering van Rajapakse heeft zelf flink bijgedragen aan de ernstige voedseltekorten van dit moment. In mei vorig jaar verbood de overheid van de ene op de andere dag het gebruik van kunstmest en pesticiden en legde de boeren de verplichting op om veel duurdere organische mest te gebruiken. De rijstboeren waren razend. Veel van hen zagen het financieel niet meer zitten en lieten het land onbewerkt. In oktober ging president Rajapakse onder zware druk van de woedende boeren overstag en trok het verbod weer in. Maar het kwaad was al geschied. Er werd weinig geoogst omdat inmiddels de kunstmest ook vrijwel onbetaalbaar was geworden.
Recente peilingen wijzen uit dat de regering van president Rajapakse snel aan populariteit inboet. „Grote kans dat de beruchte JVP opnieuw de macht gaat grijpen”, zegt een bezorgde Prabhath de Silva. „Hun aanhang groeit snel, vooral onder de jongeren, die geen idee hebben van de rol van de JVP in de recente geschiedenis.” Tijdens de burgeroorlog, eind jaren 80 van de vorige eeuw, voerden de strijders van deze communistische terreurbeweging bloedige aanslagen uit in het hele land. „Veel mensen kiezen kennelijk in hun wanhoop en woede voor de weg van het geweld. Er is in hun ogen geen andere manier meer om het land te ontdoen van dit autoritaire bewind, dat gekenmerkt wordt door vriendjespolitiek, eigenbelang en corruptie.”
De Silva, een zestiger en vurig pleitbezorger van de democratie, ziet de rechtsstaat voor zijn ogen verkruimelen. Ook hij zou graag het land verlaten maar hij realiseert zich tegelijkertijd dat het op zijn leeftijd vrijwel onmogelijk is om elders een nieuw bestaan op te bouwen.