Eis 18 jaar en tbs voor partnermoord na 44 bedreigingen
Het Openbaar Ministerie heeft donderdag achttien jaar cel en tbs met dwangverpleging geëist tegen Dordtenaar Jan Arie R. (39) vanwege moord op zijn partner Natalia Kempinska (35) in Breda. De man zou haar op 20 februari vorig jaar in haar appartement in Breda hebben doodgeschoten, terwijl twee van haar vier kinderen in het flatje aanwezig waren.
Zelf ontkende de man dat hij haar doodschoot. Hij verklaarde bij de rechtbank in Breda dat de vrouw ineens achter hem stond met een pistool op hem gericht. Dat zou zij in huis hebben liggen in verband met bedreiging door een ex van haar. In de schermutseling die daarop ontstond zou het pistool per ongeluk zijn afgegaan. De vrouw overleed door een schot onder het linkeroog en onder haar oor.
De officier van justitie had het moordwapen meegenomen naar de rechtszaal. Ze deed voor hoe dat dan gegaan zou moeten zijn en legde uit dat de vrouw de schoten niet kan hebben gelost. Haar conclusie: „Hij wachtte haar op, nam haar mee naar huis en heeft haar vrij snel na aankomst koelbloedig volgens zijn eigen bedachte plan van dichtbij doodgeschoten.”
De twee hadden een stormachtige relatie met elkaar. In de weken voor de moord hadden ze al flink ruzie gemaakt. Daarbij had hij haar 44 keer bedreigd, zij hem één keer. De rechtbank citeerde uit heftige mailwisselingen tussen de twee. Een dag voor de moord had zij gemaild dat de relatie nu echt klaar was: „Het is nu over.” „Geniet nog even van je leven, want dat stopt. De dag dat ik jou zie, zitten er gaten in je hoofd”, mailde hij daarop terug. „Ik heb een keuze gemaakt, dat gaat gebeuren. Serieus, ik laat je niet meer ademen als ik je zie.”
Na die bedreigingen ging Kempinska naar haar huis. R. was daar ook. De twee waren 36 minuten binnen in de flat. Toen verliet R. de woning weer, met de twee kinderen van Kempinska in de buggy. De man werd die middag in een park in Dordrecht gearresteerd, nadat hij zelf 112 had gebeld.