Berlijn en Londen sturen extra militairen naar Oost-Europa
Duitsland en het Verenigd Koninkrijk sturen elk 350 extra militairen naar Oost-Europa om eventuele Russische agressie af te schrikken. De Duitsers versterken hun aanwezigheid in Litouwen en de Britten doen dat in Polen.
De NAVO heeft sinds 2017 zogenoemde multinationale battlegroups in Polen, Litouwen, Estland en Letland geplaatst in reactie op het „agressieve” optreden van Rusland. Duitsland leidt de operatie in Litouwen met momenteel zo’n vijfhonderd man. Daar zijn ook zo’n 270 Nederlandse militairen.
Het Verenigd Koninkrijk leidt de NAVO-troepen in Estland, maar had eerder honderd militairen naar Polen gestuurd om dat land bij te staan in de migrantencrisis aan de grens met Belarus. Als krachtig signaal van verbondenheid met Polen worden daar 350 man aan toegevoegd, zei defensieminister Ben Wallace.
De Amerikanen sturen troepenversterkingen naar Polen en Roemenië vanwege de Russische militaire activiteit langs de Oekraïense grens, zo werd eerder bekend. Het gaat in totaal om 3000 man, van wie er duizend in Duitsland waren gestationeerd. Mocht dat nodig zijn, dan staan er in de VS nog eens 8500 paraat om snel in actie te komen.
De afgelopen tijd zijn veel westerse regeringsleiders en ministers naar Oekraïne afgereisd om solidariteit te betuigen. De Duitse minister van Buitenlandse Zaken Annalena Baerbock reisde maandag af naar Kiev, maar een afspraak met president Volodimir Zelenski ging niet door, naar verluidt wegens agendaproblemen. Ze was er een paar weken terug ook al om met haar Franse collega te proberen te bemiddelen in het conflict tussen Rusland en Oekraïne.
„Dit gaat om niets minder dan vrede in Europa”, aldus Baerbock voor haar vertrek. Ze herhaalde de mantra van westerse bewindslieden dat Moskou het zal bezuren als het Oekraïne binnenvalt. Ondertussen poogt de Franse president Emmanuel Macron in Moskou zijn ambtgenoot Vladimir Poetin ervan te overtuigen de spanningen te laten afnemen. De Duitse bondskanselier Olaf Scholz is in Washington. Hij bespreekt later op de dag de crisis met president Joe Biden.