De huidige vergoeding voor de praktijkondersteuners rustte tot nog toe op twee pijlers: een vast bedrag per chronische patiënt plus een bedrag extra voor alle ingeschreven patiënten van de praktijk. Volgens mede-initiatiefnemer voor het kort geding Kees Sikkel, huisarts te Haarlem, gaat dat laatste bedrag als het aan Zilveren Kruis ligt nu omlaag. „De praktijkondersteuners moeten dat nu compenseren met losse vergoedingen per verrichting, bijvoorbeeld het uitspuiten van oren.”

Volgens Sikkel gaat dat in veel praktijken bij lange na niet lukken. Zijn eigen praktijk, met vier artsen in totaal, zou waarschijnlijk wel voor zo’n 35.000 euro de mist ingaan, zegt hij.

Hij stelt dat collega’s en hij de ondersteuners zouden moeten vragen uren extra per dag te gaan werken om genoeg geld bij elkaar te harken als compensatie voor het verschil. Dat kun je niet alleen niet vragen, aldus Sikkel, maar het zou ook weer extra geld kosten.

Zilveren Kruis betreurt de onrust en zegt dat andere verzekeraars de nieuwe methode al langer hanteren. Volgens Zilveren Kruis is het geen bezuiniging en worden de zaken er juist beter op. „Omdat de activiteiten van de praktijkondersteuners declarabel worden, kunnen ze de huisarts meer ondersteunen in de patiëntenzorg. Zo kunnen zij bijvoorbeeld huisbezoeken doen bij ouderen, spreekuren houden voor kleine klachten en allerlei technische handelingen uitvoeren.”

En behalve chronische patiënten met diabetes, COPD of CVRM, kunnen zij ook mensen met andere zorgvragen helpen, zegt Zilveren Kruis. Dit zal volgens de verzekeraar tot een verlaging van de werkdruk in de praktijken leiden.