Hij nam die rol al op zich in 2019, toen Sybrand Buma de Kamer verliet om burgemeester van Leeuwarden te worden. Na de verkiezingen maakte hij even plaats voor lijsttrekker Wopke Hoekma. Die wordt maandag beëdigd als minister van Buitenlandse Zaken.

Als fractievoorzitter staat Heerma voor de taak weer zichtbaar te maken waar het CDA voor staat. Die klus viel hem de afgelopen jaren niet makkelijk. Als adjudant van Buma ging hij de boer op met het verhaal dat het CDA eigenlijk een sociaal-conservatieve beweging is. Daarmee bedoelde Heerma, zo verduidelijkte hij, dat het zelforganiserend vermogen van burgers en het behoud van de gemeenschappelijke waarden van de samenleving bij de christendemocratie voorop staan. Het CDA wil die verdedigen tegen „een centraliserende overheid” en „een „competitieve markt.”

Tijdens de laatste algemene beschouwingen was „de coöperatieve samenleving” Heerma’s codewoord. Hij bond daarmee de strijd aan tegen de „Haagse tekentafelplannen.” De overheid moet hoofdzakelijk beleidsdoelen vaststellen, zoals bijvoorbeeld stikstofreductie. Daarna is het aan de direct betrokkenen, in dit geval boeren en natuurorganisaties, om daar invulling aan te geven.

Het bleek lastig de ideologie te vertalen in concrete voorstellen. Heerma deed er meerdere, maar kan voorlopig alleen bogen op de komst van een zelfstandig ministerie van Volkshuisvesting. Toen hij voor die post gepolst werd, zou hij volgens bronnen gezegd hebben: „Over mijn lijk.” Inmiddels is bekend dat de post naar demissionair zorgminister De Jonge gaat.

Heerma wordt geroemd om zijn werklust, zijn dossierkennis en zijn loyaliteit aan de partij. Het bij elkaar houden van de nieuwe fractie ligt hem beter dan de opgave om voor zijn partij het onderste uit de kan halen bij het sluiten van compromissen over het beleid.