Dr. Siebesma kwam van angst tot overgave tijdens coronapandemie
De coronatijd was voor dr. Pieter Siebesma aanvankelijk een moeilijke periode. Van angst ging het via woede en depressiviteit naar overgave aan God.
Siebesma, oud-docent aan de Christelijke Hogeschool Ede, sprak dinsdagavond tijdens de 46e editie van de Kerstconferentie van de Hervormd Gereformeerde Jeugdbond (HGJB). De tweedaagse bijeenkomst heeft dit jaar digitaal plaats. De afsluiting is woensdag.
Het thema ”Meet Me” (Ontmoet Me) komt in alle onderdelen terug. Siebesma sprak over de beperkingen om elkaar in coronatijd te ontmoeten. In gesprek met Menno Hanse vertelde hij dat hij aan het begin van de pandemie bang was om de controle over het leven te verliezen. Nadat hij die angst als zonde aan God had beleden, kwam de woede. Dat was niet gemakkelijk. „Het is moeilijker om om te gaan met woede dan met angst.”
Siebesma had zijn twijfels over de maatregelen van de regering en hij was boos op de overheid. „Dat belemmerde me in mijn relatie met God. Er kwamen depressieve gevoelens bij die als een deken op me drukten. Het werd moeilijk om te bidden. Ik had wekenlang moeite met een tekst uit een van de brieven van Petrus om me te onderwerpen aan de overheid.”
De oudtestamenticus bracht het iedere morgen tijdens zijn stille tijd in gebed en kreeg langzamerhand vrede. „Ik hoef het niet eens te zijn met de overheid. Die heeft een eigen verantwoordelijkheid. Door gebed kwam ik tot overgave aan God. De angst en de woede zijn weg. Ik kan nu ontspannen met de overheidsmaatregelen omgaan en kan nu gemakkelijker voor de overheid bidden omdat ik meelij met de regering heb.”
Kleinheid
Over de pandemie zei Siebesma dat God die heeft toegestaan en dat Hij ermee wil laten zien dat Hij alle macht heeft. „Hij maakt ons onze kleinheid duidelijk en leert ons om op Hem te vertrouwen. Wat nu gebeurt, is het gevolg van menselijk falen. We leven in een gebroken wereld, maar zien als christenen uit naar de wederkomst van de Heere Jezus. Dat is geweldig.”
De oud-CHE-docent las teksten uit het laatste gedeelte van Mattheüs 28, waar staat dat Jezus alle macht heeft en dat Hij tot aan het einde van de wereld met Zijn volgelingen is. De laatste tekst die hij meegaf, was Romeinen 8:28, waar staat dat alle dingen medewerken ten goede. „God doet de coronatijd meewerken ten goede als we ons aan Hem overgeven.”
De andere spreker dinsdagavond was Jurjen ten Brinke, voorganger van Hoop voor Noord in Amsterdam. Aan de hand van Johannes 1:35-51 legde hij uit dat er verschillende manieren zijn om tot Jezus te komen. Drie daarvan komen in dit Bijbelgedeelte voor.
Als eerste noemde hij: ”Kom maar eens kijken.” Zelf begon hij in Amsterdam-Noord met het organiseren van een sportweek, waar heel wat mensen op af kwamen. Sommigen van hen gaan nu bij Hoop voor Noord naar de kerk.
De tweede manier is aansluiten bij bestaande vragen. Ten Brinke vindt vragen over het bestaan van God en ziekte reëel, maar vroeg die toch te laten varen. „Het betekent niet dat je vragen onbelangrijk zijn, maar dat je accepteert dat Gods aanwezigheid groter is dan je ja-maars.”
Vervolgens noemde hij de radicale bekering zoals bijvoorbeeld Paulus die meemaakte. Daarna wees hij op Dorcas, die anderen voor zich won door goed te doen. „Als kerk in Amsterdam proberen we dat ook. In ons kerkgebouw hebben we een voedselbank. Tijdens een uitdeling kwam een vrouw naar me toe die zei dat ze heks was. Ik zei: „Welkom in deze kerk.” Nu stuurt ze regelmatig mensen naar ons toe die God nodig hebben.”
De twee laatste manieren die hij noemde, waren de prediking van het Evangelie en de verstandelijke verdediging van het christelijke geloof. De voorganger vatte het samen met de woorden: „God heeft veel pijlen op Zijn boog. Hij wil niet dat iemand verloren gaat, maar dat zij allen tot bekering komen.” Daarna haalde hij een schilderijtje tevoorschijn dat hij eens gekregen had van een mevrouw. „Ze zei erbij: „Elke vis die gevangen wordt, heeft een ander haakje nodig.””