OM wil werkstraffen en voorwaardelijke cel voor mestfraude
Het „gerommel in de marge” van een transportbedrijf uit Oldebroek had grote milieuschade tot gevolg, aldus de officier van justitie in Zwolle. Ze eiste dinsdag werkstraffen tegen de directeur en enkele werknemers.
Op het moment dat in april 2019 een boer uit Franeker wordt veroordeeld tot 240 uur werkstraf wegens grootschalige mestfraude, loopt op de achtergrond al twee jaar een soortgelijk onderzoek, zo deed de officier dinsdag op de strafzaak uit de doeken. Want bij de fictieve mesttransporten van deze Hotze H. was volgens het Openbaar Ministerie telkens een groot transportbedrijf uit Oldebroek betrokken.
Een melkveehouder uit Midwolde voerde op 25 augustus 2015 in totaal 240 ton drijfmest af naar H. De vervoersdocumenten werden ingevuld door het transportbedrijf van de nu 60-jarige Jan B. uit Oldebroek. De boer erkende later dat de afvoer fictief was. Hetzelfde gebeurde een week later opnieuw, nu bij een andere boer. Bij hem werd 504 ton drijfmest fictief afgevoerd. Veertien van dergelijke vervoersdocumenten zijn volgens de officier vervalst. Het daadwerkelijke mestoverschot werd letterlijk onder de grond gestopt, zei ze.
Onderdeel van het onderzoek was het plaatsen van camera’s bij een mestopslagplaats in Veendam. Het viel rechercheurs op dat daar mest werd gelost van verschillende diersoorten maar dat er volgens de papieren telkens maar één mestsoort uit werd gehaald. Volgens het OM zijn er 989 leveringen geweest van ‘omgekatte’ mest.
Opvallend is dat met deze volgens de officier frauduleuze mestleveringen maar 4.500 euro criminele winst werd gehaald door het transportbedrijf dat jaarlijks tegen de 100 miljoen euro omzet draait. De officier sprak van „gerommel in de marge met grote gevolgen voor het milieu.”
Tegen directeur Jan B. eiste zij een werkstraf van 240 uur en een voorwaardelijke celstraf van een jaar. Mede-leidinggevende Freerk P. hoorde 150 uur werkstraf en 3 maanden voorwaardelijk tegen zich eisen. Tegen collega Martijn V. uit Barneveld eiste de officier 200 uur werkstraf en 1 maand cel voorwaardelijk. De bedrijven van B. moeten wat het OM betreft 100.000 euro boete betalen, waarvan bijna de helft voorwaardelijk, en de criminele winst afdragen.
De werknemers en het transportbedrijf zijn geen stuiver wijzer geworden van de vermeende fraude, zei advocaat Anno Huisman. „Er was geen voordeel, geen motief en zeker geen fraude. Het bedrijf doet jaarlijks 120.000 transporten. Ze hebben alles prima voor elkaar.” De boeren die verklaarden over de fictieve transporten, „hebben duidelijk iets te verbergen”, zei de advocaat. Van milieuschade is niets gebleken, zei zijn collega Mariska Pekkeriet. Ze willen vrijspraak.
Jan B. zei dat hooguit sprake is van een vergissing. „Ik wist hier niks van af.”
Uitspraak 10 januari.