Testen voor juf in Oene „net zo normaal als tandenpoetsen”
Voor het eerst lopen kinderen op de School met de Bijbel in het Gelderse Oene door de gangen met een mondkapje. En aan een zelftest moeten de bovenbouwleerlingen vanaf deze week ook geloven.
Ouders moeten buiten blijven, dus ook een journalist mag de school niet meer in. Gelukkig willen de jongste en de oudste leerkracht en drie kinderen vanaf het schoolplein wel vertellen hoe de nieuwe coronamaatregelen vorm krijgen. Hoewel, nieuw? Twee weken geleden liet de school ouders al weten dat ze hun kind niet meer in de klas mogen brengen. „Behalve als een kind het heel moeilijk vindt om alleen te gaan, dan mogen ze even meelopen, mét mondkapje op”, zegt kleuterjuf Klari Rorije (58). De rest zwaait zoon of dochter uit vanachter het raam.
Afstand houden is voor kleuters ondoenlijk, maar Rorije doet er alles aan om het virus te weren. Zo staan ‘haar’ kinderen elke ochtend op 1,5 meter afstand in de rij om hun handen te wassen.
Zelf is ze al aan de tweede doos zelftests bezig. „Testen is voor mij al net zo normaal als tandenpoetsen”, lacht ze. Nee, de school wachtte niet tot premier Rutte die voorzorgsmaatregel dringend adviseerde. „We willen zó graag voor de klas les blijven geven dat we al weken terug begonnen met die zelftests”, legt de juf uit. Voor de kinderen krijgt de school tests van het ministerie.
Voor leerlingen vanaf groep 6 geldt sinds deze week een mondkapjesplicht als zij op de gang lopen. In Oene doen ook de kinderen van groep 5 mee, omdat die in een combinatieklas met groep 6 zitten. „Voor de eenduidigheid leek het me goed om het allemaal te doen”, zegt hun juf, Elsbeth Huttinga (23). Sommige kinderen hadden maandagmorgen al een kapje van thuis meegekregen; de rest mocht er één uit de voorraad van de school vissen. „We hebben ze vorige week al besteld.”
Tranen
Wat de kinderen van het mondkapje vinden? „Het boeit me niet zoveel”, zegt Mans uit groep 6 stoer. „Ik heb er wel vaker één op gehad. Toen we met het vliegtuig op vakantie gingen bijvoorbeeld.” Rosalie uit groep 5 heeft haar witte kapje versierd met een roze smiley, harten en stipjes. „Hij zit zo los”, zegt ze. „Je moet ’m dubbel om je oren doen”, weet Eva uit groep 6. „Kijk, zo!”
Het testen lijkt Eva „vreselijk.” Ze heeft eerder zo’n stokje in haar neus gehad, toen ze ziek was. „Ik kreeg allemaal tranen.” Maar, zegt Mans wijs: „Het is nog erger als je corona hebt en je moet de hele tijd in quarantaine.” Daar is Eva het mee eens. „Dan heb ik liever zo’n test dan corona.”
Dat ze op een ander moment pauze hebben dan groep 7/8, vinden de drie niet erg. Ze spelen toch haast nooit met de kinderen uit de hogere klassen.
Kerst
Op dit moment zit slechts een enkele leerling uit Oene in quarantaine. „Gelukkig zijn er geen besmettingen te herleiden naar school”, vertelt Rorije. Met het oprukkende coronavirus houden de jufs hun hart vast. „We hopen echt dat we open mogen blijven”, zegt Huttinga. „En dat we het kerstfeest kunnen vieren.”
De geplande kerstviering in de kerk werd eerder al uit voorzorg afgeblazen. Dus bedachten het personeel een lichtjestocht. Ouders konden dan in verschillende tijdvakken door de school lopen langs de klassen, om bij elke deur een kerstlied of -gedicht te horen. Later werd ook dat alternatief gecanceld; ouders mogen het gebouw immers niet meer in.
Nu wil de school het kerstfeest alleen in de klassen vieren en daarvan foto’s en filmpjes met ouders delen. „We vinden het heel belangrijk hun de boodschap van Kerst mee te geven. Juist omdat steeds meer ouders randkerkelijk zijn”, legt Huttinga uit.
Dat ouders nu buiten de deur moeten blijven, maakt het contact met hen lastig. Sommigen spreekt Rorije bij het hek of op een bank buiten – dan zitten ze elk op een hoek. Als het gaat om privacygevoelige zaken, belt ze naar huis. Huttinga mist de moeders die als vrijwilliger helpen bij het vak crea. „Nu heb ik een ontploft hoofd aan het eind van de les”, lacht ze.
De juf baalt van de scheiding die de coronamaatregelen trekt tussen ouders en school en tussen klassen die afstand van elkaar moeten houden. „Maar de beloning is dat we tot nu toe geen klassen naar huis hebben hoeven sturen.”